Bij verwijten aan China over oneerlijke handelspraktijken hoort onveranderlijk het argument van het grote handelsoverschot, zowel met de VS als de EU. China verkoopt bij ons van alles, en koopt weinig. Zo kan het toch niet verder? In de South China Morning Post kijkt Tom Holland breder: er is nog een globaal Chinees handelsoverschot voor goederen, maar het economisch belangrijker overschot op de betalingsbalans is weggesmolten.
In het voorbije decennium is het structureel overschot op de betalingsbalans van China geleidelijk aan weggesmolten, en in 2018 is het quasi nul. Dat is een belangrijk positief element voor de wereldeconomie.
Betalingsbalans belangrijker dan handelsbalans
Wat zijn de feiten? Volgens het Amerikaanse US Census Bureau had China met de VS over de 12 maanden tot oktober 2018 een record handelsoverschot voor goederen: 410 miljard dollar.
Dat is echter misleidend: vanuit de wereldeconomie telt het totale handelsoverschot voor goederen van China met alle landen samen . Dat bedraagt over dezelfde periode 360 miljard dollar, minder dan het bilateraal overschot met de VS alleen. En de trend is dalend.
Belangrijker is echter de betalingsbalans: die omvat naast de uitgaven en inkomsten van de buitenlandse handel ook de andere geldstromen, zoals transfers van winsten en uitgaven voor diensten, maar niet de buitenlandse investeringen.
Welnu, over de eerste negen maanden van 2018 was de Chinese betalingsbalans negatief. China heeft meer in het buitenland uitgegeven dan het ontvangen heeft. Het verschil was niet erg groot en waarschijnlijk komt er in 2019 weer een klein overschot.
Dienstensector weegt door
Tien jaar geleden bedroeg het overschot op de betalingsbalans nog 10% van het Chinese bbp. Wanneer het vandaag rond de 0% schommelt dan is er ongetwijfeld sprake van een belangrijke structurele verandering.
Veel mensen denken enkel in termen van internationale handel in goederen. Maar er is ook internationale dienstverlening. De Chinese handelsbalans voor diensten is geëvolueerd van evenwicht tien jaar geleden naar een tekort van ongeveer 300 miljard dollar vandaag. Dat is bijna zoveel als het overschot op de balans voor goederen.
Hoe komt dit? De belangrijkste toename zit in de toerismesector. In 2018 bezochten meer dan 130 miljoen Chinese toeristen het buitenland. De tijd dat die niets uitgaven is voorbij, vandaag zijn het graag geziene gasten in de toeristische business.
Naast het tekort in de dienstensector is er de transfer van winsten die de betalingsbalans verder in evenwicht brengt: buitenlandse bedrijven halen immers meer winst uit China dan Chinese bedrijven uit het buitenland.
Positieve evolutie
Zal deze evolutie zich voortzetten en zit China binnen enkele jaren met een belangrijk tekort op de betalingsbalans? Dat is niet zeker. De toename van het aantal Chinese toeristen in het buitenland vertraagt al enkele jaren. En de cyclische factoren die het globale handelsoverschot in 2018 drukten zullen de volgende jaren waarschijnlijk minder meespelen.
Het globale handelsoverschot was in 2018 eigenlijk abnormaal laag. De prijs van de ingevoerde elementen in producten voor de uitvoer steeg immers. De olieprijzen waren 30% hoger dan in 2017. De prijs voor ingevoerde halfgeleiders verdubbelde bijna. Daardoor daalde het overschot op de handelsbalans met meer dan 100 miljard dollar. In 2019 zal de vertraging van de wereldeconomie de prijs van die ingevoerde elementen waarschijnlijk naar beneden duwen.
Wat de toekomst ons brengt is onzeker, maar het besluit van vandaag is duidelijk: in het voorbije decennium heeft er in de buitenlandse economische relaties van China een positieve structurele verschuiving plaatsgevonden.
Wat betekent deze evolutie naar een evenwichtige betalingsbalans voor de wereld? In plaats van het vroegere overschot op de handelsbalans op te potten en te investeren in Amerikaanse schatkistcertificaten, consumeren de Chinezen nu zelf hun overschot in de wereld. Dat is een goede zaak. Alleen moeten Trump en en andere politici het nog willen zien.
Tom Holland is voormalig journalist bij SCMP en schrijft al 25 jaar voor Asian Affairs
Bron: South China Morning Post