Het liberaal gezinde blad Caixin wijdt een bijdrage aan de hervorming van de pensioenstelsels. Bedoeling is de verschillende systemen tot één enkel samen te smelten. Een ver van gemakkelijke klus, zo blijkt.
De directe aanleiding voor deze hervorming is de staking van 8.000 leerkrachten in november in de noordoostelijke provinciestad Zhaodong tegen een pilotproject dat neerkomt op een verslechtering van hun pensioenstelsel. Zij waren boos omdat ze van nu af zelf zouden moeten bijdragen voor hun pensioen, terwijl dat voordien door de lokale overheid gebeurde.
China telt momenteel 226 miljoen gepensioneerden en 937 miljoen mensen die bijdragen aan een pensioenfonds. Volgens critici werkt het systeem te veel in het voordeel van ambtenaren en ander personeel van openbare instellingen. Alle pogingen om het bij te sturen zijn tot nu toe vastgelopen. In december 2014 heeft de regering een nieuw plan aangekondigd dat moet leiden tot één enkel pensioenstelsel voor overheidspersoneel en personeel van privébedrijven, voor het platteland en voor de stad. De bevoegde commissie van het nationale parlement heeft het voorstel aanvaard in december. Of het deze keer zal werken hangt af van de mogelijkheden of de lokale overheden hun pensioenkassen voldoende op peil kunnen brengen en hoever beleidsmakers kunnen gaan in het beperken van de voordelen voor de beste categorieën. Er zijn geen details bekend gemaakt en er is evenmin een tijdsschema voor uitvoering. De viceminister van Human resources Hu Xiaoyi heeft het over het vastleggen van een algemene richting naar gelijkheid tussen alle werkers, en dan stap voor stap alles wat daarvan afwijkt afbouwen. President Xi zelf stimuleert het project.
Een groot verschil tussen verschillende systemen
In de periode voor de hervormingen vielen alle werkers in de stad onder één sociale zekerheid, inclusief voor de pensioenen. De bijdragen voor degenen die voor de staat werkte, werden door de staat gedragen. De communes op het platteland hadden hun eigen systemen. Het systeem begon te ontrafelen in de jaren 80 wanneer er meer mensen in de privésector gaan werken, en in de jaren 90 wanneer staatsbedrijven gaan sluiten. Op het platteland betekende het verdwijnen van de communes omstreeks 1985 ook het einde van het oude systeem.
Begin jaren 90 werden pensioenfondsen opgericht voor werkers in privébedrijven. Daarin moest 28% van hun brutoloon gestort worden. Ambtenaren en personeel van openbare instellingen gingen verder met het oude systeem. Einde 2013 waren er in China 7,2 miljoen ambtenaren en 31,5 miljoen personeelsleden van openbare instellingen zoals scholen en ziekenhuizen. In 2005 kreeg een gepensioneerde ambtenaar gemiddeld 1.367 yuan ( 140 euro)per maand, een gepensioneerde werker uit de privésector moest het met iets meer dan de helft doen. In 2011 was dat gestegen tot 2.175 yuan (240 euro) voor een ambtenaar en 1.508 yuan voor een werker uit de privésector. Daarnaast bestond er nog een speciaal pensioenplan voor gepensioneerde boeren en voor gepensioneerde werkloze stadsarbeiders; zij ontvingen gemiddeld 90 yuan per maand (10 euro), eigenlijk een soort leefloon.
Wie betaalt en wie levert in bij hervormingen?
Het is zeker dat het gelijkschakelen van de pensioenstelsels meer zal kosten dan tot nu toe en daar komt de veroudering van de bevolking bovenop. Einde 2013 waren er 202 miljoen 60-plussers, tegen 2020 zullen het er 248 miljoen zijn, 17% van de totale bevolking. Academici die advies geven aan de regering spelen daarom al jaren met het idee om de pensioenleeftijd op te trekken: van 60 naar 65 voor mannen, en van 55 naar 60 voor vrouwen. De regering is echter (nog) niet ingegaan op die suggestie uit vrees voor grote sociale spanningen en ook omdat oudere werknemers minder gewenst zijn door de werkgevers.
Al in 1997 waren er de eerste pogingen om het verschil tussen ambtenaren en personeel uit de privésector weg te werken, maar die verzandden snel door de weerstand van de ambtenaren die vreesden dat ze erop achteruit zouden gaan. Een tweede poging gebeurde in 2006 en mikte op personeel van openbare instellingen zoals scholen en ziekenhuizen. Ook dit pilotproject liep vast. Ditmaal doordat de lokale overheden er geen geld voor vonden.
Op nationaal vlak moet er ook nog voldoende geld gevonden worden om de kosten te betalen van het ambtenarenpensioen dat in 1991 ingevoerd werd en waarin veel personen zitten die geen of nauwelijks bijdragen betaald hebben.
Geruchten dat de nieuwe plannen een vermindering van de pensioenen voor ambtenaren inhouden, hebben al tot een rush op vervroegde pensioenstelsels geleid.
Bron: Caixin