Het was ooit de grootste Chinese buitenlandse investering en de trots van Fortis: de Chinese verzekeraar Ping An kocht voor zowat 2 miljard euro 4% van de Fortis aandelen. In 2008 liep het verkeerd af. Vandaag dreigt nog een zure nasleep voor de Belgische schatkist.
Fortis kwam in 2008 in de problemen,de aandelen verloren met de bankencrisis 95% van hun waarde, het bedrijf werd genationaliseerd en de Belgische Staat verkocht het als nieuwe meerderheidsaandeelhouder voor een habbekrats aan BNP Paribas. Ping An verzette zich als een duivel in een wijwatervak, riep de steun van de Chinese diplomatie in, het mocht allemaal niet baten. Nochtans was er op aandringen van het Belgische zakenleven een Belgisch-Chinees verdrag afgesloten waarin beide landen beloofden elkaars investeringen wettelijk te beschermen, onder meer tegen nationalisatie. Ping An verklaarde toen dat het zijn ‘wettelijke rechten ‘ zou verdedigen en brandmerkte het nationalisatieproces van Fortis als niet correct. Het werd nadien wat stil rond de zaak, en men ging ervan uit dat tussen China, België, Nederland en Luxemburg één of andere vorm van compensatie onderhandeld werd. Dat blijkt niet gelukt. Vandaag werd bekend dat Ping An zich vorige week tot het Internationaal Centrum voor Arbitrage in Investeringsconflicten van de Wereldbank gewend heeft met een klacht tegen de Belgische Staat. Dit centrum moet conflicten tussen investeerders en staten beoordelen, en het is de eerste keer dat een Chinees bedrijf er een dossier indient. Indien de Belgische Staat aan het kortste eind mocht trekken dan hangt er een stevig prijskaartje voor de schatkist aan vast.
Opvallend is dat het dossier vorige week bij het bezoek van de Chinese premier Wen aan België nergens officieel vermeld werd.