Na de zwakkere maanden rond het Chinese nieuwjaar schoten de PMI-cijfers van maart terug de hoogte in. De diensten staan nu op 54,8; het maakwerk op 50,5 en het samengestelde cijfer bereikt 54. De positieve cijfers bewijzen dat regeringsmaatregelen effectief zijn, zo beweren analisten.
Met belangstelling werd uitgekeken naar de PMI-cijfers van maart. Die van januari-februari vertoonden een verzwakking wegens de inactiviteitsperiode rond het Chinese nieuwjaar. Het officiële niet maakwerk cijfer dat zowel de diensten als de bouw omvat, steeg met een half punt tot 54,8. De diensten maken al 52% uit van het bnp. Na drie maanden daling steeg echter ook het PMI in het maakwerk met 1,3 om 50,5 te bereiken. Het samengestelde PMI-cijfer bereikte zo in maart 54 tegenover 52,4% een maand eerder.
Het PMI in de hightech stond op 52, dat van uitrusting op 51,2 en de vervaardiging van verbruiksgoederen 51,4. Bij de grote bedrijven ging het cijfer 0,4 achteruit tot 51,1 terwijl de middelgrote stegen met 3 en de kleine bedrijven met 4. De indexen voor de sectoren spoortransport, post, telecom, banken en verzekeringen stonden boven 57 wat een robuuste groei aangeeft. Ook de bouwsector toonde een vernielde expansie met de sub index voor nieuwe bestellingen zelfs op 57,9.
De sub index voor fabrieksproductie steeg met 3,2 punten tot 52,7. De sub index voor nieuwe exportrestellingen bleef met het cijfer 47 inkrimpen. Ook de werkgelegenheidsindexen blijven nog inkrimpen. Om dit tegen te gaan, verminderde Beijing de werkgeversbijdragen voor het pensioen van de werknemers van 19% tot 16%.
Reacties
Volgens bankanalisten wijzen de cijfers er op dat recente stimuleringsmaatregelen effect gaan hebben. Eerder kondigde Beijing belastingverminderingen aan om het maakwerk en andere sectoren te stimuleren. Vanaf vandaag valt het BTW voor maakwerkfirma’s van 16 tot 13 % terwijl die voor transport- en bouwfirma’s met een punt daalt tot 9%.
Een verhoogde investering door de lokale besturen gaf de bouwsector vleugels want die steeg met 2,5 tot 61,7. Sommigen verwachten dat het eerste trimester een moeilijke periode wordt voor de economie, maar voorspellen een beter tweede en derde kwartaal. Mocht dit uitkomen, wordt zelfs al verwacht dat de overheid de investeringen in infrastructuur en huisvesting tijdens het tweede semester zou terugschroeven.
Bronnen: SCMP, Xinhua
