De ambassadeur van de Chinese Missie bij de Europese Unie, mevrouw Yang Yanyi, heeft op 26 november een opiniestuk in het Engels gepubliceerd in de EUObserver over de klimaattop in Parijs. De tekst is ook verschenen op de website van de Chinese Missie. Het is een tekst die niet, zoals de meeste westerse berichten, over China gaat, maar officiële standpunten van China zelf weergeeft.
Samenwerken voor verandering tijdens de COP21 in Parijs
Ambassadeur Yang Yanyi, hoofd van de Chinese Missie bij de EU
Over enkele dagen komen de leiders van bijna 150 landen samen in Parijs, niet alleen om te laten zien dat de terroristische dreiging van ISIS hen niet afschrikt, maar vooral om te proberen afspraken te maken voor een gezamenlijke strijd tegen de klimaatverandering in de wereld, een van de grootste uitdagingen voor de wereldbevolking. De vastberadenheid van die leiders om tot overeenstemming te komen tijdens de Conferentie over de Klimaatverandering van Parijs, of COP21, en daarop concrete actie te laten volgen zal een verstrekkende invloed hebben op het succes van de mensheid om voor de komende generaties een duurzame toekomst tot stand te brengen.
China en de EU behoren tot de actiefste en belangrijkste spelers bij het aanpakken van de klimaatverandering en hebben COP21 goed voorbereid. Zij hebben allebei een begin gemaakt met een ontwikkeling die duurzaam is, zuinig omspringt met grondstoffen, een ontwikkeling die groen is, koolstofarm en klimaatbestendig. Ze ondernemen samen ambitieuze acties voor het klimaat en doen dat op een constructieve manier, bilateraal en op internationaal vlak.
Centraal in het 13e Vijfjarenplan staat het doel van China om te zorgen voor een open en door innovatie gestuurde economie, gekenmerkt door een groene en gecoördineerde groei waar allen voordeel van hebben, zodat China de klimaatverandering de volgende vijf jaar beter kan bestrijden. Voorafgaand aan de uitwerking van het plan heeft China al proactieve maatregelen genomen om de volledige, effectieve en duurzame uitvoering van het Raamverdrag van de Verenigde Naties inzake klimaatverandering (United Nations Framework Convention on Climate Change Convention, UNFCCC) te kunnen garanderen. Tot eind 2014 heeft China de uitstoot van broeikaskassen per eenheid van het bruto binnenlands product verminderd met 15,8% vergeleken met het niveau van 2010. Het proefproject met een systeem van emissiehandel loopt nu probleemloos in zeven regio’s, ter voorbereiding van de lancering in 2017 van een koolstofmarkt in het hele land waaraan de voornaamste industriesectoren zullen deelnemen. Onze primaire energievoorziening komt nu voor 11,2% van andere bronnen dan fossiele brandstoffen. Statistieken van de Wereldbank tonen aan dat China in de afgelopen twee decennia 52% van het wereldtotaal van de energiebesparing voor zijn rekening heeft genomen. In zijn rapporten erkent het Internationaal Energie Agentschap (IEA) dat China heeft gezorgd voor bijna 40% van de toename van de hernieuwbare energiecapaciteit en ertoe heeft bijgedragen dat de kosten voor opwekking van wind- en zonne-energie nu zijn gehalveerd.
Daar komt bij dat China zijn Intended Nationally Determined Contribution (INDC) al heeft ingediend: de toezeggingen om uiterlijk tegen 2030 de uitstoot van broeikaskassen zijn hoogtepunt te laten bereiken, om de koolstofintensiteit van het bruto binnenlands product tegen 2030 met 60 tot 65% te verlagen ten opzichte van het niveau van 2005, om in dezelfde periode het aandeel van niet-fossiele energiedragers te vermeerderen met 20% en om het bosareaal met 4,5 miljard kubieke meter uit te breiden, vergeleken met de situatie in 2005.
Als grootste van de ontwikkelingslanden zet China zich in om hulp te bieden aan de andere landen in ontwikkeling. China heeft een fonds van 3 miljard dollar gecreëerd om andere ontwikkelingslanden bij te staan in hun gevecht tegen de klimaatverandering. De afgelopen drie jaar heeft China 62 miljoen dollar financiële steun gegeven aan ontwikkelingslanden om te zorgen voor een grotere energie-efficiëntie en voor het gebruik van hernieuwbare energie. China heeft verder 1000 functionarissen en technici opgeleid om de capaciteit in meer dan 120 ontwikkelingslanden te vergroten.
Ook de EU is een sterke verdediger van het Raamverdrag (UNFCCC). Op Europees niveau heeft de Unie een uitgebreid pakket van beleidsmaatregelen aangenomen – het European Climate Change Programme (ECCP) – om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Elke lidstaat van de EU heeft zijn eigen nationale actieplan opgesteld om de maatregelen van het ECCP uit te voeren of nog aan te vullen. Tot nog toe heeft de EU de emissie van broeikasgassen met 17,9% verminderd ten opzichte van het niveau van 1990. De Unie is van plan om de uitstoot met 20% te verlagen tegen 2020 en met 40% tegen 2030.
China en de EU hebben regelmatig overleg over het beleid inzake de klimaatverandering, over stadsplanning en goede praktijken voor koolstofarme en klimaatbestendige steden. De beide partijen werken succesvol samen aan de ontwikkeling van de emissiehandel, op de terreinen van wetenschappelijk onderzoek en technologische innovatie betreffende het klimaat, teneinde koolstofarme technologieën en aanpassingsoplossingen te kunnen ontwikkelen en implementeren. Hun gezamenlijke inzet en gedeelde inzichten maken het voor China en de EU mogelijk om het partnerschap inzake klimaatverandering dat dateert van 2005 in grote mate te versterken en voort te bouwen op de succesvolle samenwerking van het afgelopen decennium. De synergie van het Chinese ‘One Belt and One Road’-initiatief met het plan Juncker en de aanleg van een connectiviteitsplatform zal beide partijen in staat stellen om de samenwerking betreffende de klimaatverandering op een hoger peil te brengen en om samen tastbare resultaten te boeken bij de ontwikkeling van een rendabele koolstofarme economie, bij de lancering van een Low-Carbon Cities Partnership, bij de toename van klimaatbestendige investeringen en bij de uitwisseling en de zoektocht naar meer beleidsinstrumenten voor energiebesparing en energie-efficiency.
De samenwerking tussen China en de EU blijft niet beperkt tot het bilaterale niveau. De coördinatie en samenwerking is uitgebreid tot de structuren van het UNFCCC en andere belangrijke fora zoals de G20, het Major Economies Forum on Energy and Climate (MEF), het Montreal Protocol, het International Civil Aviation Organization (ICAO) en de International Maritime Organization (IMO). Beide partners hebben opnieuw bevestigd dat zij zich ertoe verbinden te komen tot een ambitieuze en juridisch bindende overeenkomst in Parijs, een akkoord dat het Raamverdrag (UNFCCC) meer slagkracht geeft op een basis van rechtvaardigheid en in de geest van het principe dat landen gezamenlijke maar verschillende verantwoordelijkheden hebben en over verschillende vermogens tot handelen beschikken, vanwege hun specifieke nationale situatie. De beide partners hebben de ontwikkelde landen ook opgeroepen om tot 2020 samen elk jaar 100 miljard dollar bijeen te brengen ten behoeve van de ontwikkelingslanden.
Er kan nog meer worden gedaan. China heeft vóór Parijs gezamenlijke verklaringen vastgelegd met de EU, Frankrijk, de VS, India en Brazilië. Het heeft over de klimaatverandering echter ook intensief overleg gevoerd met de andere BASIC-landen (Brazilië, Zuid-Afrika en India), met de Like Minded Group of Developing Countries (LMDC) en met de G77, om meningsverschillen kleiner te maken. De EU kan zijn invloed aanwenden door op te treden als voorhoede van de ontwikkelde landen bij het realiseren van hun emissiereductiedoelstellingen en door de ontwikkelingslanden te helpen met geld en technologieoverdracht. China en de EU moeten vasthouden aan het principe van de gezamenlijke maar verschillende verantwoordelijkheden en van de verschillende vermogens tot handelen op een basis van gelijkheid, teneinde een groot, evenwichtig en ambitieus pact mogelijk te maken in Parijs. Ze moeten de hele wereld blijven enthousiasmeren met een groene en koolstofarme ontwikkeling en oproepen tot een krachtigere mondiale actie voor het klimaat, zodat het Raamverdrag (UNFCCC) volledig, effectief en duurzaam wordt geïmplementeerd, nu, tot 2020 en daarna.
Er is veel veranderd na Kopenhagen. De problemen van de klimaatverandering zijn nog nooit zo dreigend geweest. Gelukkig is de internationale gemeenschap ook nog nooit zo dicht bij een overeenstemming geweest. Er is geen enkele reden waarom China en de EU niet langer nauw zouden samenwerken om hun bijdrage te leveren aan de mondiale inspanningen om van COP21 in Paris een nieuwe mijlpaal te maken in de geschiedenis van de strijd tegen de klimaatverandering.
Ambassadeur Yang Yanyi, hoofd van de Chinese Missie bij de EU