Zowel in de Zuid-Chinese Zee als in de Oost-Chinese Zee moet China opboksen tegen buurlanden en hun machtige bondgenoten. Dat levert heel wat onrust en onlust op.
China en Taiwan rekenen op historische gronden de meeste eilanden en riffen in de Zuid-Chinese zee tot hun territorium en komen daarbij ‘in aanvaring’ met Vietnam, de Filippijnen, Brunei en Maleisië. Al die landen zijn lid van de ASEAN. De kwestie is een van de onderwerpen waar de Volksrepubliek en zijn ‘afgescheurde’ provincie Taiwan het over eens zijn en waarbij ze gemakkelijk tot een geregelde samenwerking kunnen komen (net als in de Oost-Chinese Zee overigens, zie onderaan). De VS die weer een grotere rol speelt in het gebied beweert neutraal te zijn, maar kiest ook regelmatig de kant van de landen waarmee China deze meningsverschillen heeft en belooft ze militaire en diplomatieke steun. China en de VS hebben vorige week een verklaring afgelegd dat ze wilden samenwerken om de spanningen te verminderen en naar vreedzame oplossingen te zoeken. Washington drong er echter bij de landen van de ASEAN op aan om de kwestie op hun recente conferentie op de agenda te zetten, wel wetende dat Beijing de conflicten alleen wil oplossen via onderhandelingen tussen afzonderlijke landen. Er kwam geen gezamenlijke eindverklaring bij die conferentie omdat de kwestie op die manier voor onderlinge onenigheid binnen de ASEAN heeft gezorgd. De Filippijnen wilden in de verklaring een verwijzing laten opnemen naar het probleem dat het met China over de eilanden heeft. Gastland Cambodja weigerde dit. Ondanks de bemiddelingspogingen van Indonesië is de ASEAN er niet uitgekomen.
Ook in de Oost-Chinese Zee zijn er weer spanningen. In Japan gaan er onder de meest nationalistische stroming stemmen op om de onbewoonde eilandjes die het land en China elkaar betwisten te laten kopen van de Japanse familie die ze nu huurt. Deze nationalisering zou een uitdagende stap voorwaarts zijn in de definitieve annexatie van eilandjes die China al eeuwenlang tot zijn grondgebied, onder de jurisdictie van Taiwan, rekent. Rond de kleine archipel bevinden zich goede visgronden en in het gebied zouden er olie en gasvoorraden kunnen liggen. China heeft op de nationalistische stunt, die kon rekenen op steun binnen de regering van Tokio, gereageerd met verbale protesten en demonstratieve patrouilles om zijn visgronden waar een voorlopig ecologisch vangstverbod is te controleren. De Japanse ambassadeur, die zich had uitgesproken tegen het plan van de aankoop van de eilandjes en daarvoor veel kritiek kreeg in zijn land, is een voor een weekend teruggeroepen naar Tokio. Hij is nu weer in Beijing en alle betrokken partijen benadrukken dat de ingreep van Tokio alleen is gebeurd om informatie uit te wisselen en beter op de hoogte te zijn van de wederzijdse standpunten.
Volgens de Global Times brengen de Aziatische landen, met name Japan, door dit soort ruzies hun redelijk gunstige economische situatie en vooruitzichten in gevaar. De Chinese krant roept de regeringen op om de meer nationalistische stromingen onder hun bevolking in toom te houden, voordat er oorlog van komt, wat wel het ergste zou zijn.
Bronnen: BBC, Xinhua, Global Times
http://www.globaltimes.cn/content/721484.shtml