De regering heeft haar 131 in China beursgenoteerde staatsondernemingen opgedragen 10 % van hun initiële beurswaarde bij te dragen tot het ‘Nationaal Sociaal Zekerheidsfonds’, dat vorig jaar kampte met verlies. Dit maakte het ministerie van Financiën bekend. De maatregel wil het Nationaal Sociaal Zekerheidsfonds, dat momenteel 562 miljard yuan in kas heeft, spekken met bijkomende middelen, want tegen 2025 wordt een verouderingstsunami verwacht. Vorig jaar verloor het Fonds, dat een deel van haar activa belegde op de beurs, voor de eerste keer sinds de oprichting 6 % omdat de Chinese beursactiva dat jaar sterk daalden. De meer dan acht miljard aandelen die naar het Fonds zullen gaan, zouden volgens de South China Morning Post ongeveer 100 miljard yuan waard, volgens China Daily 63,9 miljard.
In het verleden waren enkel de staatsondernemingen die in het buitenland op de beurs genoteerd waren, verplicht de 10 % af te staan. In 2005 volgde een hervorming van de beursgenoteerde staatsondernemingen, waarbij de 60 % aandelen die nu nog bevroren zitten bij de Staat, tegen 2011 vrij kunnen verhandeld worden. Het Fonds engageert zich om de aandelen dat het nu krijgt nog drie jaar langer niet te verkopen, dit om een instorting van de beurskoersen te vermijden. Ook staatsondernemingen die in de toekomst naar de beurs zullen gaan, zullen zich moeten onderwerpen aan de 10 %-regel. De maatregel zou ook de rol van het Nationaal Sociaal Zekerheidsfonds als stabilisator in de kapitaalmarkt versterken.
Over het Fonds meer op:
Dossier: Veroudering dringt stroomlijning pensioenen op (China Vandaag, 01/11/2007)