
Deng wordt in 1956 als beloning voor 30 jaar loyale trouw aan Mao benoemd tot secretaris-generaal van de partij op het 8ste Congres. In zijn toespraak voor het Congres stelt Deng dat gebeurtenissen zoals in Hongarije en Polen kunnen vermeden worden als aan 3 voorwaarden wordt voldaan: democratie binnen de partij, partijleiderschap en een goede relatie tussen volk en partij. Hij had de indruk dat sommige kaders op hun lauweren rustten en als remedie ziet…