China’s snelle groei is niet enkel toe te schrijven aan investeringen maar ook aan ‘s werelds grootste aangroei van productiviteit, zo schrijft het weekblad ‘The Economist’
De productiviteit weerspiegelt het best de gezondheid van een economie.In de Verenigde Staten groeide de productie per arbeider het voorbije jaar met 4,3 %, maar in China steeg het met 7 tot 8 %. Nog beter weerspiegelt echter de totale productiviteitsfactor het fenomeen omdat hier zowel kapitaal als het werk ingecalculeerd worden. De OESO publiceert deze cijfers voor zijn lidstaten. Daaruit blijkt dat de groei van de totale productiviteitsfactor merkwaardig gelijk is met 1 % per jaar, zowel in de Verenigde Staten, Japan, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Frankrijk. Uit een studie van UBS bij opkomende landen blijkt dat China de afgelopen twee decennia echter een jaarlijkse productiviteitsaangroei kende van 4 % per jaar. In elk geval ondermijnen deze cijfers de algemeen verspreide opvatting dat China’s groei enkel toe te schrijven valt aan hoge investeringen. Volgens Goldman Sachs ligt China’s return per kapitaal boven het globaal gemiddelde, terwijl het tien jaar geleden de helft van het wereldgemiddelde bedroeg. Waarom China zo sterk steeg, wordt toegeschreven aan de openheid van de economie die er groter is dan deze van Japan en Zuid-Korea. China’s groei is dan ook dubbel zo groot als deze van Japan en Zuid-Korea tijdens hun jaren van, groei.
Zie ook uitzending Dialogue over China’ s economie (27 minuten)
