Volgens een drie jaar durend onderzoek naar het Tibetaans milieu is de toestand vrij bevredigend en beschikt de regio nog over een van de meest kwaliteitsvolle leefmilieus. Ook het gebruik van schone energie neemt toe. Toch blijkt een kwart van de weiden aan degradatie te lijden.
In 2009 keurde de Chinese regering een grootscheeps plan goed over het milieu in Tibet en dit loopt tot 2030. Om de toepassing van dit plan te beoordelen heeft de Chinese Academie voor Wetenschappen een rapport uitgebracht die de vooruitgang tussen 2008 en 2014 beoordeelt. Onderzoekers werkten drie jaar aan het rapport, inspecteerden 10 zones, verzamelden 1300 stalen uit 3 verschillende gebieden en 20 sites. Ook werden gegevens geanalyseerd die sinds 1990 verzameld werden via remote sensing. Volgens ondervoorzitter Wang Haizhou van de Autonome Regio beginnen verbeteringen merkbaar te worden.
De toestand is over het algemeen stabiel en de begroeide oppervlakte neem toe. De gebieden met woestijnvorming daalden met meer dan 100.000 ha. Er wordt met 65 % duidelijk meer schone energie gebruikt wat de schade aan bossen en grasgronden beperkt. 413.700 km2 zijn nu natuurgebied. De beschermde vochtige gebieden belopen 4,31 miljoen ha of zowat twee derden van alle vochtige gebieden in de regio. Zeldzame dieren en planten worden beschermd aldus het rapport. De kwaliteit van water, lucht en grond blijft in goede conditie: zo behoort de waterkwaliteit van de voornaamste rivieren en meren tot de twee topniveaus. Ook de luchtkwaliteit in de meeste steden is meestal goed.
In tegenstelling tot het hoera-verhaal staat de vaststelling dat 23,5 miljoen ha of 26 % van de grasgronden lijdt aan ontaarding. Daarover wordt gezegd dat die gegevens gebruikt zullen worden voor beschermingsmaatregelen. Volgens de milieusite ‘Chinadialogue’ is het Tibetaans plateau het slachtoffer van verhoogde temperaturen, een te grote veestapel en plagen van insecten en knaagdieren.
Bron Chinagate