2 topfiguren uit het financieel-economisch systeem zijn verwijderd. Voorzitter Song Lin van China Resources werd de laan uitgestuurd wegens corruptie. Vicegouverneur van de Bank of China Wang Yongli stapte zelf op nadat uit een partijonderzoek bleek dat hem weliswaar geen misdaden te verwijten vielen, maar dat hij er buitenechtelijke betrekkingen op nahield.
Song Lin was de voorzitter van staatsonderneming China Resources met $ 120 miljard activa en die Chinese producten waarbij steenkool op de internationale markt brengt. De Xinhua-klokkenluider Wang Wenzhi had hem beschuldigd van witwassen van geld in samenwerking met de Zwitserse bank UBS via bankierster Helen Yang Lijuan. UBS is een van de belangrijkste klanten van China Resources. Zijn geval werd onderzocht door de Disciplinecommissie van de Communistische Partij.
De klokkenluider had hem onder meer beschuldigd 3 steenkoolmijnen in Shanxi te duur te hebben opgekocht waardoor staatsactiva verloren gingen. Het hoofdkwartier van UBS verleende eveneens zijn medewerking door een intern onderzoek. Yang behandelde alle zaken met China Resources sinds juni 2012. Song had ook een persoonlijke relatie met Yang die hij geheim hield. De onthulling hiervan schokte meerdere collega’s. Zijn foto’s en toespraken werden deze week van de firma’s website verwijderd. Het Organisatiedepartement van de CPC deelde mee dat Song Lin werd afgedankt wegens “`ernstige inbreuken op de wet en de discipline” . Ook als partijleider in zijn bedrijf moet hij opstappen.
Bank
Bij de vicevoorzitter van de Bank of China -de vierde grootste bank- liggen de zaken enigszins anders. De 50 jarige Wang Yongli stapte zelf op na een intern onderzoek door de 
Disciplinecommissie die hem had vrijgesproken van economische fouten. Wang werkte 25 jaar voor de bank en zeven jaar als vicevoorzitter. Hij was verantwoordelijk voorfinancies en IT. In de strijd om de opvolging van voormalig voorzitter Li Lihui moest hij het afleggen tegen vicevoorzitter Chen Siqing die in januari voorzitter werd.
Volgens het blad Caixin was het zijn maîtresse die de bal aan het rollen bracht door hem te beschuldigen van het onderhouden van diverse buitenechtelijke betrekkingen. Wang werd na een maandenlang onderzoek niet beschuldigd van enige misdaad, want economische fouten werden niet gevonden. Toch krijgt hij gedurende twee jaar toezicht opgelegd als interne maatregel over de buitenechtelijke betrekkingen. Wang hield de eer echter aan zich en stapte zelf op. Nog twee tijgers geveld dus in Xi Jinpings gevecht tegen corrupte tijgers en vliegen.
Bron: SCMP
