Indonesië heeft vier personen aangehouden die waarschijnlijk betrokken waren bij de moorddadige aanslag van Kunming. Vijf andere verdachten van dezelfde groep zijn gevlucht.
De regeringen van Indonesië en China hebben informatie uitgewisseld over negen personen verdacht van terrorisme. Het is waarschijnlijk dat zij afkomstig zijn van Xinjiang, de Autonome Regio van de Oeigoeren. Na het beramen van een aanslag in China zouden ze naar Indonesië zijn gevlucht, zo melden Indonesische media. De politie heeft vier van de gezochte verdachten gearresteerd. Drie anderen zijn ontsnapt en zouden zich nu in het oerwoud schuilhouden. De andere twee zijn ontkomen naar Maleisië. De gearresteerde verdachten worden volgens de Indonesische Jakarta Post allicht aan China uitgeleverd, op grond van het uitleveringsverdrag van 2009.
Volgens Saut Usman, het hoofd van de Indonesische Dienst voor Terrorismebestrijding, zijn er goede aanwijzingen dat de negen verdachten behoorden tot de groep die in maart 2014 een treinstation in Kunming, provincie Yunnan, heeft aangevallen. Bij deze terroristische actie kwamen 33 mensen om en werden meer dan 100 burgers gewond. De Indonesische commandant van de dienst voor antiterrorisme heeft informatie over de opsporing en de aanhoudingen onthuld, toen hij in Beijing een overeenkomst ondertekende, samen met de adjunct-minister voor Openbare Veiligheid Meng Hongwei. Daarbij kwamen China en Indonesië overeen om meer informatie uit te wisselen.
Terroristische transitroute
De verdachten waren gevlucht naar Poso, een stad op het Indonesische eiland Celebes, waar volgens de media en de politie terroristische cellen actief zijn, die sympathiseren met en rekruteren voor IS. De onderzoekers hadden hun vluchtroute getraceerd: ze waren eerst naar Myanmar gegaan, vandaar naar het zuiden van Thailand en vervolgens naar Maleisië. De Chinese provincie Yunnan, met als hoofdstad Kunming, waar de aanslag van 2014 plaatsvond, grenst aan Myanmar en 155 Oeigoeren, onder wie vrouwen en kinderen, hebben daar eerder hun heil gezocht. De verdachten zouden Maleisië hebben verlaten voor Indonesië, waar ze zich met Turkse paspoorten uitgaven voor asielzoekers. Toen de politie hen ondervroeg, hadden ze in eerste instantie toegegeven dat ze uit Xinjiang kwamen. Later trokken ze die verklaring in en beweerden dat ze eigenlijk afkomstig waren van een Turkse stad. Volgens het hoofd van de Nationale Politie, generaal Sutarman, waren de namen van de verdachten Ahmed Bozoghlan, A. Basyit, A. Bayram en Azubaidan. Ze spraken nauwelijks Engels en de politie trok de echtheid van hun paspoorten en hun verklaringen na bij de Turkse ambassade. Toen bleek dat de arrestanten geen Turks spraken, maar Oeigoers, de aan het Turks verwante taal van de grootse etnische minderheidsgroep van Xinjiang.
Internationale samenwerking onder VN toegejuicht
Li Wei, een antiterrorisme-expert van het China Institute of Contemporary International Relations, heeft een toelichting gegeven. Volgens hem gebruiken religieuze extremisten uit China de regio Zuidoost-Azië als transit naar het Midden-Oosten, waar ze zich aansluiten bij terroristische organisaties. Het is een van de redenen waarom China de internationale samenwerking in de strijd tegen het terrorisme van groot belang vindt, ook voor zijn eigen strijd. Het gerechtshof van Kunming heeft in september 2014 al drie personen tot doodstraffen veroordeeld en een tot levenslang voor hun deelname aan de terroristische aanval op het station van Kunming. China juicht het dan ook toe dat de VN-Veiligheidsraad vandaag unaniem Resolutie 2199 heeft aangenomen. Met dit besluit geeft de VN de landen een rechtsmiddel in handen om de financieringsbronnen droog te leggen van Islamitische Staat (IS), het Al-Nusrah Front (ANF) en andere terroristische organisaties. De tekst verbiedt lidstaten om met deze groepen handel te drijven in olie en voorwerpen die tot het erfgoed behoren en eist dat landen niet langer losgeld of financiële steunbijdragen betalen. De staten moeten er vanzelfsprekend ook op toezien dat hun onderdanen de terroristen niet met geld steunen. De Chinese VN-vertegenwoordiger merkte naderhand verder op: ‘China kant zich tegen alle vormen van terrorisme. Wij verzetten ons ook tegen het meten met twee maten in de strijd tegen het terrorisme en tegen het associëren van het terrorisme met specifieke religies of bevolkingsgroepen’. Hij voegde eraan toe ’China vraagt dat de internationale gemeenschap meer belang hecht aan het gebruik van internet door terroristische organisaties, om video’s, hun ideologie, te verspreiden, om te rekruteren of fondsen te verwerven, of zelfs acties te plannen en uit te voeren’. De steun voor de resolutie, maar ook de extra commentaren bevatten duidelijke toespelingen op het door China vaak gepercipieerde gebrek aan solidariteit met zijn eigen strijd tegen het terrorisme of gebrek aan begrip voor de maatregelen die Beijing ertegen neemt.
Bronnen: Jakarta Post (Indonesië), China Daily, People’s Daily, Straits Times (Singapore), www.un.org
ik denk er was een oude artikel van chinasquire. over paar oergoeren de grens naar Myanmar oversteken met behulp van buitenlandse christen missionaire. ze hebben altijd wat noord Koreaanse ”vluchtelingen” het land uitgesmokkeld. stuur deze buitenlander het land uit man punt uit. ze zijn niks anders dan terroristen met een christen achtergrond.