Vietnam en China gaan nauwer samenwerken om de grensoverschrijdende vrouwenhandel te bestrijden. Dat heeft een verantwoordelijke van het Chinese Ministerie van Openbare Veiligheid bekend gemaakt.
Bevrijde vrouwen op weg naar huis
Mensensmokkel, en dan vooral vrouwenhandel, tussen Vietnam en China is een probleem. Dank zij samenwerking tussen de veiligheidsdiensten van beide landen is vorig jaar de mensenhandel al licht gedaald. Maar totaalcijfers zijn niet bekend gemaakt. Een artikel in China Daily van 2013 vermeldt 1281 bevrijde vrouwen en 84 kinderen in 2012.
Chen Shiqu, de onderdirecteur van de afdeling Misdaadonderzoek zegt in een interview met China Daily dat het uitroeien van mensenhandel een harde noot om kraken is. De handel van vrouwen wordt aangewakkerd door het verschil in economische ontwikkeling en door achterpoortjes in de controle op het platteland in China.
China en Vietnam zijn overeengekomen snel informatie over verdachte bewegingen uit te wisselen. Zij stellen gezamenlijk een onderzoek in naar bendes van mensenhandelaars. De grenscontroles worden strenger en er komen meer inspecteurs langs de grens. Er wordt ook gezocht hoe efficiënter kan samengewerkt worden bij het onderzoek, het verzamelen van bewijzen, het opsporen en uitleveren van verdachten, en het opvangen van slachtoffers.
Bruiden en prostituees
De slachtoffers zijn meestal arme vrouwen van het Vietnamese platteland, twintigers of dertigers. Ze worden in China binnen gesmokkeld en gedwongen uitgehuwelijkt of aan het werk gezet als prostituees. Sommigen worden meegelokt met de belofte van een goedbetaalde baan. Er zijn ook illegale grensoverschrijdende huwelijksmakelaars die de Vietnamese vrouwen een huwelijk met een welstellende Chinees in een grote stad voorspiegelen. En soms worden zelfs vrouwen gekidnapt.
De vrouwen worden dan China binnen gesmokkeld langs smalle bospaden, of over bergpassen, of per boot. Eenmaal over de grens komen ze in handen van Chinese makelaars die hen verkopen en naar de klant brengen. Een Vietnamese vrouw kost tussen de 60.000 en 100.000 yuan ( 8.000 tot 13.300 euro).
De slachtoffers worden vaak verkocht als bruid in Chinese plattelandsgebieden waar jonge mannen te arm zijn om aan een veeleisende Chinese vrouw te geraken. Het laagste niveau van de centrale Chinese overheid is het arrondissementsbestuur. Het bestuur op dorpsniveau geniet veel autonomie en in een arm dorp kan een huwelijk met een gekochte bruid door de vingers gezien worden. Sommige vrouwen komen ook gedwongen terecht in clandestiene bordelen, vooral langs de grens in de provincie Yunnan of in de zuidelijke kustgebieden.
Samen tegen georganiseerde misdaad
De bendes bestaan uit Vietnamezen en Chinezen. Ieder heeft een specifieke taak : rekruteren of kidnappen, over de grens smokkelen en papieren regelen, en contacten leggen met de kopers. Vorig jaar in mei waren er in zeven provincies (waaronder ook Shanghai) acties om één grote bende mensensmokkelaars op te lossen. Daarbij zijn 75 verdachten opgepakt en werden 35 Vietnamese vrouwen bevrijd.
Bij een drie maanden lange grensoverschrijdende campagne werden 290 verdachten van 61 bendes opgepakt en 184 gevallen van mensensmokkel ontdekt. 207 Vietnamese vrouwen en één kind werden bevrijd. Er wordt nauw gewaakt over de rechten van de slachtoffers. Ze worden opgevangen in tehuizen in afwachting dat ze naar hun land kunnen terugkeren.
De bedoeling is intensiever grensoverschrijdend te werken en elk jaar minstens één grote campagne te voeren. China heeft nu acht grensposten speciaal voor internationale samenwerking tegen mensensmokkel. Daarvan zijn er vier in Vietnam. China heeft ook nog poreuze grenzen met Myanmar en Laos.
De samenwerking met Vietnam tegen mensenhandel is ook van betekenis in de regionale politiek. China en Vietnam zijn de twee partijen met het grootste belang bij de territoriale betwistingen in de Zuid-Chinese zee. Samenwerking op diverse andere gebieden kan helpen om de spanningen daar te verminderen.
Bron: china.org.cn
Ja we moeten geloven dat Vietnam deze probleem wil aanpakken. Meesten zijn minderheden die een probleem zijn geworden voor de Viet overheid.