In Beijing is de vijfjaarlijkse Central Financial Work Conference gehouden. In tegenstelling met de vorige conferenties lijkt ze meer gericht op het oplossen van problemen dan op het introduceren van financiële innovaties.
Het verslag onderstreept het belang van een financieel sterke structuur, afdoende controle, optimale financiële dienstverlening en efficiënt risicobeheer. De controle door de Communistische Partij wordt versterkt.
Partijleider Xi Jinping en de zes andere leden van de partijtop waren aanwezig. De conferentie heette voorheen ‘National Financial Work Conference‘. De wijziging van ‘National‘ naar ‘Central‘ betekent dat ze niet onder het gezag van de regering – de uitvoerende macht – plaatsvond maar onder het gezag van de Partij, die de fundamentele beleidslijnen uitstippelt.
Zowel Xi jinping als premier Li Qiang hielden een toespraak, de eerste meer over het beleid, de tweede over praktische punten.
Het verslag van de conferentie geeft eerst een overzicht van de vooruitgang van China in de uitbouw van een financieel systeem om de reële economie te steunen.
Daarna vermeldt het echter een resem blijvende uitdagingen die moeten aangepakt worden: verborgen risico’s, onvoldoende steun aan de reële economie, wanorde en corruptie, te zwakke regelgeving en controle, …
Het land heeft nog steeds te maken met ‘belangrijke financiële en economische risico’s, veel chaos en corruptie in de financiële sector en zwakke kwaliteit van de financiële diensten die niet aansluiten bij de reële economie’.
De verdere uitbouw van het Chinese financiële systeem moet zich inschrijven in de algemene politieke lijn voor de modernisering van China onder leiding van de Communistische Partij. Het moet gebaseerd zijn op de toepassing van het Marxisme op de specifieke Chinese omstandigheden en op de positieve verworvenheden van de Chinese beschaving (zoals eerlijkheid).
Concrete punten voor actie
Vijf sectoren zullen speciaal financieel ondersteund worden: technologische innovatie, groene ontwikkeling, inclusieve financiering (KMO’s), pensioenen en digitalisering.
De schuldenstructuur van lokale overheden zal ten gronde aangepakt worden met betere regels, structuren en controles. Lokale overheden hebben een totale schuld van 38.000 miljard yuan; die is op zichzelf niet overdreven. Maar hun verborgen schulden buiten budget worden door het IMF op 66.000 miljard yuan geschat.
Het financieel systeem moet actief tussenkomen in de sanering van de vastgoedsector, zodat die aansluit bij de reële behoeften zoals betaalbare woningen.
De nationale munt moet stabiel blijven rond een correcte wisselkoers (sinds begin dit jaar verloor de yuan 6% in waarde tegenover de dollar). Internationale en interne systeemrisico’s moeten te vermeden worden. Maar China werkt verder aan een financieel systeem met Chinese karakteristieken en open naar de wereld. Over de internationalisering van de Chinese yuan wordt niets concreet gezegd.
De rechten en plichten binnen het financieel systeem moeten beter worden vastgelegd, zodat een efficiëntere controle mogelijk wordt en illegale of risicovolle activiteiten voorkomen worden.
Het leiderschap van de Communistische Partij moet ook op het financieel domein versterkt worden via de Central Financial and Economic Affairs Commission en de Central Financial Work Commission. De laatste is pas dit jaar opgericht en wordt momenteel uitgebouwd als een door de Partij gecontroleerd orgaan dat boven de Centrale bank en de bestaande regelgevers zoals de beurscommissie staat.
Het systeem van beursintroducties zal verder evolueren van administratieve goedkeuring (dat de kopers beschermt) naar marktgeoriënteerde registratie op basis van publiek bekend gemaakte bedrijfsinformatie (zoals op westerse beurzen). De transitie is bezig maar stuit op weerstand van de regelgevers.
Financiering wordt meer divers: private investeringsfondsen zullen meer speelruimte krijgen maar ook grote staatsinvesteringsbanken krijgen meer mogelijkheden.
Voor staatsbanken ligt de nadruk op de versterking van hun balans en de verbetering van hun werking (bv. van het risicobeheer), niet langer op groei zoals vijf jaar geleden.
Kleine en middelgrote privébanken zullen strenger gecontroleerd worden. Het faillissement van talrijke rurale spaarkassen zit hier voor iets tussen. Lokale banken moeten zich op de plaatselijke noden richten; geografische expansie dankzij digitalisering wordt ontmoedigd.
Op internationaal gebied zijn de blikvangers het bevorderen van buitenlandse financiële instellingen en de verdere versterking van Shanghai en de consolidatie van Hongkong als internationale financiële centra. Eind 2022 waren er 41 buitenlandse banken, 116 buitenlandse bankkantoren en 68 buitenlandse verzekeringen actief in China.
Tijdens de voorbije vijf jaar werden verbindingen tussen de beurzen op het vasteland en die van Hongkong en tussen die van Shanghai en Londen gelanceerd. Chinese aandelen en kasbons van de overheid werden opgenomen in internationale beursindexen.
Externe commentaren
De Financial Times ziet als belangrijkste besluit een sterkere controle van de Communistische Partij over het Chinese financiële systeem, dat de krant op 61.000 miljard dollar schat. Het merkt verder vooral waarschuwingen voor een te zwak management van de sector en voor fundamentele risico’s.
De krant wijst op het ingrijpende karakter van de nieuwe door de Partij geleide Central Financial Commission.
Verder is er de lijst van domeinen waarin het beleid beter moet. De hoofdthema’s van de conferentie zijn strengere regels en betere risicobeheersing. Concreet zijn de moeilijkheden in de vastgoedsector, de schulden van de lokale overheden en de blijvende corruptieproblemen de grootste zorgenkinderen in de financiële sector.
De South China Morning Post onthoudt vooral de uitspraak van Xi Jinping dat het voorkomen en oplossen van financiële risico’s een ‘blijvend thema’ voor Beijing is en de ‘financiële supervisie op alle vlakken moet versterkt worden’.
Vergeleken met de vorige conferenties ligt volgens de krant de klemtoon meer op regels en risicopreventie en minder op financiële innovatie.
Bronnen: China Academy, Renmin Ribao, Financial Times, South China Morning Post, Pekingnology.