‘Beijing is erin geslaagd economische groei en luchtvervuiling van elkaar los te maken, door 20 jaar van hard werken om de luchtkwaliteit te verbeteren’.
Dit is niet de triomfantelijke uitspraak van een Chinese leider, het zijn de woorden van een hoge functionaris voor het Milieu van de Verenigde Naties.
Internationaal forum van grote steden
Tijdens de China International Fair for Trade in Services (CIFTIS) is er op maandag en dinsdag, 7 en 8 september, een prestigieus forum gehouden over luchtkwaliteit en klimaat in grote steden. De uitnodiging kwam van het Beijing Municipal Ecology and Environment Bureau, zeg maar de milieudienst van de Chinese hoofdstad. De deelnemers waren belangrijke en bekende woordvoerders voor de steden Beijing, Hongkong, Londen, Parijs, Seoul, Tokio, Ulaanbaataar (Mongolië), en voor de Italiaanse regio Lombardije en de Amerikaanse staat California. Er spraken vertegenwoordigers van de Verenigde Naties en de Wereldbank, naast Chinese academici, functionarissen en ministers. Uiteraard communiceerde een groot aantal onder hen via videolink.
Een van de belangrijkste sprekers was Helena Molin Valdés, hoofd van het secretariaat van de Climate and Clean Air Coalition bij het UN Environment Office.(CCAC)
Samenwerking meer dan ooit
Zij zei op het Beijing International Forum for Metropolitan Clean Air and Climate Actions, dat Beijing uitstekende resultaten heeft bereikt bij de verbetering van de luchtkwaliteit. Verder spoorde Valdés de internationale gemeenschap aan: ‘geconfronteerd met de crisis die COVID-19 heeft veroorzaakt, moeten alle landen en steden de samenwerking verder versterken om de uitdaging van luchtkwaliteit en klimaatverandering het hoofd te bieden’.
Goede rapporten
Volgens de milieuautoriteit van de stad Beijing is de jaarlijkse gemiddelde concentratie van PM2,5 in Beijing gedaald van 89,5 microgram per kubieke meter in 2013 tot 42 microgram per kubieke meter in 2019, wat neerkomt op een daling van meer dan 50 procent. Valdès herhaalde een van de hoofconclusies in het rapport dat de Climate en Clean Air Coalition (CCAC) van de Verenigde Naties vorig jaar uitgaf. Het droeg de spectaculaire titel: ‘De verbeteringen van de luchtkwaliteit in Beijing staan model voor andere steden’. Voor veel westerlingen is zoiets waarschijnlijk zeer onverwacht als je in aanmerking neemt op hoeveel instemming een meewarige uitspraak kon rekenen, maanden geleden. ‘Dankzij de corona-uitbraak ademt de Chinese stedeling eindelijk schone lucht’ meldden de media, alsof er de afgelopen jaren weinig of geen vooruitgang was geboekt. In maart 2020 heeft ook de Milieuorganisatie van de Verenigde Naties, het UN Environment Programme een studie gepubliceerd waarin onderzoekers de verbetering van de luchtkwaliteit in de Chinese hoofdstad sterk prijzen: ‘A Review of 20 years’ Air Pollution Control in Beijing’.
Relativering en perspectief
Wel is het nodig de bemoedigende resultaten enigszins te relativeren. De Wereldgezondheidsorganisatie WHO adviseert voor de fijnstof PM2,5 een waarde van 10 µg/m3 per jaar. De EU hanteert voor PM2,5 een norm van 25 µg/m3. Om die beide adviesnormen te halen zal Beijing (en China in zijn geheel) dus nog stevig moeten doorwerken. Het goede nieuws blijft toch dat er een duidelijke ommekeer is in het beleid en het denken. De regering beseft dat er nog een lange weg te gaan is, maar die soms moeizame lange mars is ook echt begonnen.
Niet langer ‘milieu vs groei’
Volgens mevrouw Valdés heeft de Chinese hoofdstad 20 jaar lang hard gewerkt om de luchtkwaliteit te verbeteren en is de stad er zo in geslaagd ‘economische groei en luchtvervuiling van elkaar los te maken’. Beijing heeft dus de opdracht van president Xi Jinping uitgevoerd. Die schreef zes jaar geleden: ‘we moeten het juiste evenwicht vinden tussen economische groei en milieubescherming. We zullen op een meer gewetensvolle manier een groen ontwikkelingsmodel propageren dat koolstofarm is en gericht op hergebruik. We zullen nooit meer economische groei nastreven ten koste van het milieu’. (The Governance of China, Foreign Languages Press, 2014)
Meer gerichte maatregelen
Dat China niet op zijn lauweren rust en het voortouw zal blijven nemen bij de aanpak van de klimaatcrisis mag ook blijken uit de nieuwste beleidsvoornemens van de Staatsraad (het Chinese kabinet). De top van de overheid wil de maatregelen tegen de luchtverontreiniging gerichter maken. China zal vooral de industriële vervuiling als mikpunt nemen, nog meer kleine met steenkool gestookte ovens vervangen en het gebruik van dieselvoertuigen tegengaan. Wetenschappers hebben de kabinetsleden er ook van overtuigd dat het dringend nodig is ammoniakverontreiniging door landbouw en veeteelt aan te pakken. Verder is aangetoond dat ozon nu in China de op één na meest vervuilende stof in de lucht is, na fijnstof. Volgens het ministerie van Ecologie en Milieu heeft China in de eerste helft van dit jaar een voortdurende verbetering van de luchtkwaliteit gezien, met concentraties van PM2,5-fijnstof die in 337 steden over het hele land met 10 procent zijn gedaald. De verbetering is opvallend, niet enkel in Beijing, maar in de hele regio rond de hoofdstad, d.w.z. Beijing-Tianjin-Hebei en omgeving. Dat zijn gebieden die niet lang geleden te kampen hadden met de ernstigste luchtvervuiling. De PM2,5-concentraties zijn er met 16,7 procent gedaald en het percentage dagen met goede luchtkwaliteit is met 12,6 procent gestegen.
Ozon is ‘het nieuwe fijnstof’
De ozonconcentraties stegen echter en werden de op een na meest vervuilende stof in de lucht na PM2,5. Volgens het ministerie van Milieu leveren vluchtige organische chemicaliën een belangrijke bijdrage aan de vorming van ozon. Er is een werkplan opgesteld om ozonvervuiling in de 79 zwaarst getroffen steden aan te pakken. Dat zou moeilijker zijn dan de strijd tegen fijnstof omdat ozon langer in de atmosfeer kan blijven hangen en zich verder verspreiden. Het kabinet riep op tot structurele aanpassingen in energie, industriesectoren en transport. De regering zal de ontwikkeling van een milieuvriendelijke industrie en de circulaire economie stimuleren. Men beloofde ook de internationale samenwerking te versterken. Volgens premier Li Keqiang is er ‘nog veel ruimte voor verbetering bij de Chinese milieubescherming, en China moet bedrijven aanmoedigen om meer onderzoek en ontwikkeling in te zetten’. De weg is nog lang, maar de reis is toch echt begonnen.
Bronnen: China Daily, nu.nl, ccacoalition.org (VN website)