Li Qinggong, vicesecretaris-generaal van de Chinese Raad voor de Studie van een Nationale Veiligheidspolitiek, publiceerde eind september een standpunt over Afghanistan in de ‘China Daily’. Een persoonlijk standpunt, maar de auteur is wel niet de eerste de beste. Hier een samenvatting:
De Afghaanse crisis wordt steeds dieper. Hoe kan men eruit geraken?
De Amerikaanse war-on-terror is zelf de oorzaak geworden van onrust en geweld. Amerika moet de oorlog stopzetten. De oorlog loste de beloften voor Afghanistan niet in en bracht ook voor de Verenigde Staten alleen maar negatieve gevolgen.
In de Verenigde Staten neemt zowel bij het grote publiek als in het Congres de afwijzing toe. Obama staat onder druk van het Pentagon om meer troepen te sturen, maar kan de toenemende weerstand tegen de oorlog gebruiken als tegendruk.
Er moet verzoening gepredikt worden tussen de Afghaanse regering, de taliban en de belangrijkste krijgsheren. De chaos is niet alleen de schuld van de Amerikanen, maar ook van de langdurige strijd tussen die fracties plus Al Qaeda. De politieke chaos heeft ervoor gezorgd dat de presidentsverkiezingen geen duidelijk verdict brachten. Het hertellen van de stemmen kan enkele maanden duren. Intussen verklaart Karzai dat de Amerikanen niet bekwaam zijn Afghanistan uit zijn problemen te helpen en hij zou besprekingen met de taliban en de krijgsheren willen beginnen.
Om de weg naar vrede te kunnen inslaan, heeft Afghanistan internationale hulp nodig. De internationale gemeenschap moet de groeiende antioorlogsstemming in de wereld gebruiken om druk op Obama te zetten, zodat hij gemakkelijker een koerswending kan doorvoeren. Ook de Veiligheidsraad kan helpen en de vijf permanente leden kunnen proberen overeenstemming te bereiken over een roadmap, eventueel via een Internationale Conferentie. Een sleutelvraag is hoe men de taliban kan opnemen in de gesprekken en tegelijk de gewapende Al Qaidagroepen uitschakelen.
Bij het vertrek van de Amerikaanse troepen zal een internationale vredesmacht nodig zijn. Met hun hulp kan de Afghaanse regering hopelijk het hele land onder controle brengen en de vrede herstellen.
Interessant is de reactie op dit artikel door een Indische topdiplomaat, M.K. Bhadrakumar, in ‘Asiatimes’. Hij verbindt de groeiende belangstelling van China voor Afganistan met de recente onrust in Xinjiang, dat aan Afghanistan grenst. Het is de eerste keer dat een Chinese krant openlijk schrijft dat de Verenigde Staten en hun bondgenoten moeten vertrekken. Het artikel trekt de kaart van de pragmatische politiek van Karzai, die door de Amerikanen tot figurant gedegradeerd is. Het beschouwt de factor Al Qaida niet als een belangrijke reden om verder te vechten en verwerpt aldus de NAVO-stelling dat de oorlog noodzakelijk is in de strijd tegen het internationale terrorisme. Volgens het artikel moeten de Afghanen zelf hun problemen oplossen, de mogelijkheid van internationale onderhandelingen tussen de belangrijkste landen van de regio wordt zelfs niet vermeld. Wel is de Veiligheidsraad, en in het bijzonder zijn vijf permanente leden, verantwoordelijk om het vredesproces te begeleiden.
China zelf zit intussen niet stil. Zo meldde AP op 15 september dat in Nanjing 20 Afghaanse en 20 Irakese officieren opgeleid worden om landmijnen onschadelijk te maken. Bij het einde van hun opleiding krijgen ze een grote hoeveelheid materiaal mee om mijnen op te sporen en tot ontploffing te brengen, alles gratis.