Recensies door Jenny Clegg van Avoiding War with China en The US vs China.
We publiceerden deze dubbelrecensie in september. Ter gelegenheid van het bezoek van president Trump aan enkele Aziatische landen, o.a. China, zetten we ze weer op de voorpagina.
Een groot conflict tussen de VS en China: we kunnen ons moeilijk voorstellen wat voor rampen het zou teweegbrengen, alleen al vanwege de economische verwevenheid van de twee grote machten.
VS en China: Sparta en Athene van nu?
Volgens de zogenaamde Val van Thucydides moet de verhouding tussen de twee wel op oorlog uitlopen. Een opkomende macht dreigt de gevestigde grootmacht te overvleugelen en ze voeren een strijd die hen allebei verzwakt. Dat overkwam Athene en Sparta, de Griekse historicus Thucydides beschreef het. Begaan China en de VS fataal dezelfde fout? Voeg bij die bange vraag al het negatieve dat over China wordt verteld en een gewapend conflict lijkt welhaast onvermijdelijk.
De vermijdbare oorlog
Twee nieuwe boeken over de betrekkingen tussen de VS en China vallen op door belangrijke argumenten tegen de gedachte dat een oorlog tussen de beide machten onontkoombaar is. Het zijn Avoiding War with China van Amitai Etzioni, en The US vs China – Asia’s New Cold War? van Jude Woodward. De boeken behandelen veel gelijkaardige thema’s, maar vanuit een verschillend gezichtspunt. Het ene gaat over diplomatie, het andere over strategie. Beide echter vechten het idee van de ‘Chinese dreiging’ aan, en ze richten zich eerder op de problematische zelfbeeld van de VS. Dat land beschouwt zich als de ‘onmisbare grote mogendheid’ en is volop bezig de Stille Oceaan te militariseren.
Een winstgevend verhaal
Etzioni, een vooraanstaand deskundige op het gebied van internationale en militaire zaken, vindt dat we het gevaar dat de VS en China naar een groot conflict afdrijven serieus moeten nemen. De VS treft al oorlogsvoorbereidingen – voor een strijd in de lucht en op zee van enorme proporties – tegen het Chinese vasteland. De standpunten van het Pentagon over de ‘Chinese dreiging’ zijn gemeengoed geworden. Dat komt omdat er weinig of geen maatschappelijk debat is over andere manieren om met de Chinese uitdaging om te gaan. Dat er geen tegengeluid is voor de demonisering van China is in het belang van de wapenindustrie. Zij kan veel meer winst halen uit de productie van dure wapensystemen voor atoomonderzeeërs, vliegdekschepen en gevechtsvliegtuigen in het gebied van de Stille Oceaan, dan uit wapens die nodig zijn om IS te verslaan.
Wat China wil
‘Is China wel een agressieve macht die op expansie uit is?’ vraagt Etzioni. Velen zien de aanleg van eilandjes door China in de regio van de Spratly’s (deel van de Zuid-Chinese Zee) als het bewijs daarvan. Berichten over incidenten met elkaar rammende vissersboten worden opgeklopt. Toch, zo merkt Etzioni op, zijn er daarbij geen schoten gelost. China werkt inderdaad flink aan de modernisering van zijn eigen leger, maar dat is niet omdat het de wereld wil overheersen. Het doel van China is veeleer de uitbreiding van zijn invloed als regionale macht in het westelijk deel van de Stille Oceaan.
Een andere les is mogelijk
In Avoiding War with China staat dat er een andere les uit Val van Thucydides kan worden getrokken. Als er een nieuwe macht in opkomst is, moet de zittende alleenheerser betekenisvolle toegevingen doen om oorlog te vermijden. Etzioni is een voorstander van de integratie van China in de liberale wereldorde en dringt erop aan de internationale spelregels aan te passen om dat voor elkaar te krijgen. Het systeem werd immers opgezet door de VS samen met zijn bondgenoten na de Tweede Wereldoorlog. In plaats van de regels bij te stellen om China uit te nodigen werpt de VS juist allerlei obstakels op voor het land. Het moet aan strenge voorwaarden voldoen om tot de Wereldhandelsorganisatie te mogen toetreden bijvoorbeeld, of tot het IMF of de Wereldbank.
MAR ipv MAD
Avoiding War with China bevat wel degelijk kritiek op China. De auteur maakt zich zorgen over allerlei misstanden, van mensenrechtenschendingen tot industriële spionage. China’s overtredingen zijn echter relatief onbeduidend en het is niet nodig naar de wapens te grijpen om er wat tegen te beginnen. Wie gemeenschappelijke belangen heeft zal geneigd zijn om het op een akkoord te gooien. De aanpak van Etzioni is die van de Mutually Assured Restraint (MAR, in tegenstelling tot Mutually Assured Destruction, MAD). Geen dreigingen met vernietiging, maar afspraken over beheersing. Voor MAR valt veel te zeggen. Het ziet er uit als een nette manier om aan diplomatie te doen. Toch zal die aanpak tegen bepaalde grenzen aanlopen. Zo is het bijvoorbeeld zeer onwaarschijnlijk dat China te porren valt voor Etzioni’s voorstel met betrekking tot Taiwan. China zou volgens hem moeten afzien van het recht om Taiwan met geweld terug te winnen. In ruil daarvoor zou de VS dan geen steun geven aan de onafhankelijkheid van Taiwan. China zal zijn soevereiniteit nooit op zo’n manier willen opgeven.
Uitwisseling en begrip vs vijandschap
Etzioni richt zich vooral tot diplomaten en beleidsmensen. Woodward zal meer gehoor vinden bij lezers die het al een tijdje, of sinds kort, als een uitdaging beschouwen om inzicht te krijgen in de verschuivende machtsververhoudingen in de wereld van vandaag. Woodward was verantwoordelijk voor internationale culturele uitwisseling bij het Bestuur van Groot-Londen, onder Ken Livingstone. Zij moest de doortocht in Londen van de Olympische vlam voor Beijing 2008 regelen. ‘Het werd voor mij’, zo schrijft ze, ‘een schoolvoorbeeld van hoe machtige lobby’s de capaciteit hebben om een publiek op te zwepen tot … extreme vijandigheid tegenover China’. De Chinese boodschap dat we van elkaar kunnen leren en ideeën kunnen uitwisselen bleef volledig buiten beeld. Na die ervaring sloot zij zich aan bij een Britse vriendschapsvereniging met China, SACU (Society for Anglo-Chinese Understanding).
Twee strategieën
The US vs China geeft een analyse van strategieën. De auteur spreekt over het ‘zwaard’ van de omsingeling van China door een VS in Koude Oorlogsmodus. Zij plaatst dat tegenover ‘het wezen’ van China’s voorstellen voor wederkerigheid en economisch voordeel voor allen. Bij haar dus niet het scenario van een rivaliteit tussen twee supermachten. Zij ziet eerder een strijd tussen een unipolaire wereldorde die steeds meer wordt gemilitariseerd, en de opkomst van een nieuwe multipolaire wereld. Het ene staat onder leiding van de VS, het andere wordt aangeprezen door China.
Voor Woodward streven de ‘neocons’ en de ‘liberals’ in de VS er allebei evenzeer naar het wereldleiderschap van Amerika veilig te stellen en onaantastbaar te maken. Dat willen ze bereiken door te beletten dat China opklimt tot de leidende natie van Azië.
De toekomst van Azië
Etzioni focust op de mogelijke twistpunten en op de vraag hoe een oorlog te voorkomen. Woodward oppert dat de beleidsmakers van de VS niet echt aansturen op een ernstig conflict met China. De Amerikanen willen het land vooral isoleren en in bedwang houden door er een ring omheen te leggen van vijandige bondgenootschappen. Het doel is uiteindelijk de groei van China te blokkeren en het te laten ineenstorten zoals de Sovjet-Unie in de jaren 80 van de vorige eeuw.
Zal de VS er echter in slagen, door de ‘Chinese dreiging’ zo te overdrijven, om de buurlanden van China te overtuigen? Zullen die landen meewerken aan het beleid van containment ? Zal het mogelijke economische voordeel van nauwere betrekkingen met China niet uiteindelijk het beste werken? De toekomst van Azië staat op het spel. Wordt het continent verdeeld door een nieuwe Koude Oorlog of gaat het geleidelijk op weg naar een grotere eenmaking?
VS en China, en de anderen
The US vs China opent met hoofdstukken over aspecten van de betrekkingen tussen de VS en China. Daarna onderzoekt Woodward de positie van China’s buurlanden. Ze begint met de grote mogendheden: Rusland, India en Japan. Dan richt ze zich op de kleinere naties in Zuidoost-Azië, die soms een wankele relatie met China hebben, en Centraal-Azië, waar de invloed van de VS afneemt.
Informatief zijn de kernachtige uiteenzettingen over misvattingen zoals het zogenaamde agressieve expansionisme van China. Woodward geeft een antwoord op vragen over de stabiliteit van het binnenlandse beleid en recente ontwikkelingen in de buitenlandse politiek. De manier waarop ze de brandend actuele kwesties van Korea, de Zuid-Chinese Zee en nog meer behandelt is bijzonder nuttig. Het boek is up-to-date en bespreekt tot en met de eerste maanden van het presidentschap van Trump.
Echo’s van de Koude Oorlog
Blijft de vraag in hoeverre de Chinese activiteiten in de Zuid-Chinese Zee niet toch moeten worden opgevat als een soort revanchistisch imperialisme. Geen van beide boeken geeft hierop een afdoend antwoord.
Woodward merkt echter iets op dat zeer belangrijk is. ‘Zonder Koude Oorlog en met de aanwezigheid van Rusland en China bij de afsluiting van het Vredesverdrag van San Francisco in 1951, waren de zaken al lang geregeld’. Bij de onderhandelingen hadden Rusland en China daar in dat verdrag met Japan hun recht kunnen opeisen. De internationale status van de eilanden in de Oost en Zuid-Chinese Zee zou duidelijk geweest zijn.
Van Yalta via Potsdam naar San Francisco
Vanuit China’s oogpunt kreeg het land zijn gebieden terug door de akkoorden van Potsdam in 1945, maar is tijdens de Koude Oorlog het Chinese territorium op een andere manier omschreven. Potsdam was in de ogen van China het Yalta van het Verre Oosten. Het akkoord stipuleerde dat China de beloning zou krijgen voor zijn acht jaar durende verzetsoorlog tegen de Japanse agressie en voor de enorme offers die de overwinning had gekost. Potsdam maakte voor altijd een einde aan de status van halve kolonie die China had. Het vormt de basis voor een orde van vrede die de VN in Oost-Azië wilde vestigen.
Verenigde Naties
Vandaag zal China slechts tevreden zijn als de Verenigde Naties weer een instelling geworden zijn die aanstuurt op een multipolaire orde van vrede. En als de vier geallieerden van toen, de VS, Groot-Brittannië, Rusland en China, samen met Frankrijk allemaal erkend worden als gelijkwaardige grote mogendheden. Dat de Chinese soevereiniteit in de Zuid-Chinese Zee in twijfel wordt getrokken is symptomatisch. Aan de ongelijke behandeling en de Koude Oologsmentaliteit komt maar geen einde. Een Chinese academicus schreef hierover onlangs: ‘China heeft niet de bedoeling de VS in bedwang houden, maar wil dat het zich houdt aan het systeem dat werd afgesproken in Yalta’.
Colofon
Amitai Etzioni, Avoiding War with China, 2017, University of Virginia Press
Jude Woodward, The US vs China – Asia’s New Cold War? 2017, Manchester University Press
Het originele artikel verschijnt in het herfstnummer van China Eye. Dit is het orgaan van de Society for Anglo-Chinese Understanding (SACU), in 1965 opgericht door de legendarische prof. Joseph Needham (Cambridge). ChinaSquare dankt Jenny Clegg voor de dubbelrecensie.
Val van Thucydides, vertaald in een Chinese gezegde is ‘Een berg kan geen twee tijgers huisvesten 一山不容二虎.’
We moeten het potentiële conflict inderdaad serieus nemen. Volgens Woodward willen de Amerikanen China vooral isoleren en in bedwang houden door er een ring omheen te leggen van vijandige bondgenootschappen. Omgekeerd denkt geen haar op een Chinees hoofd om Amerika te isoleren en in bedwang te houden.
De dreiging komt dus uit de VS. Etzioni beschrijft hoe de VS zou moeten reageren: Mutually Assured Restraint. Woodward vindt dat de vier geallieerden samen met Frankrijk elkaar als gelijkwaardige grote mogendheden zouden moeten behandelen. Als beide voorstellen geïmplementeerd worden is de dreiging inderdaad grotendeels afgewenteld.
Spijtig genoeg beantwoorden ze niet aan de realiteit van het menselijk handelen. Hier speelt de machtspolitiek de hoofdrol. Zij die de macht in handen hebben, willen die behouden. Samenwerken is niet de eerste optie, want dat betekent delen van de macht.
Wanneer treedt er een verandering op? Als de kosten van de Amerikaanse indammingspolitiek groter worden dan de gepercipieerde baten, zal Amerika kiezen voor de verandering, nl. een samenwerking met China. In het Westen heet dit: ‘if you can’t beat them, join them.’ Wanneer is dat? Als de macht van Amerika en China op ongeveer gelijke hoogte zitten en dat is ergens tussen 2030 en 2050. Amerika zal dus kiezen voor samenwerking met China, niet door een nuchtere analyse of een nobele oproep, maar door een gebrek aan keuze.
De vraag hoe China reageert op de Val van Thucydides is in dit artikel niet beantwoord. Chinese strategen hebben doorheen de geschiedenis inspiratie geput uit hezong 合纵 en uit lianheng 连横. Hezong is de tactiek die de VS toepast op China (omsingeling van China door Amerikaanse bondgenoten). Lianheng is de tactiek die China toepast op de VS (Chinese samenwerking met Amerikaanse bondgenoten en met Amerika). De Chinese geschiedenis leert ons dat lianheng de beste strategie is op lange termijn en uiteindelijk voor een overwinning zorgt. Zo is het eerste Chinese keizerrijk Qin ontstaan mede door de toepassing van lianheng. Hezong en lianheng zie:
https://en.wikipedia.org/wiki/Warring_States_period#Horizontal_and_vertical_alliances_.28334.E2.80.93249_BC.29
De Sino-Amerikaanse betrekkingen zijn slechts een deel van de algemene ontwikkelingsstrategie van China. Het wil in de eerste plaats zich deugdelijk gedragen en autoriteit afstralen naar de niet-Chinese wereld. Het zoekt geen confrontatie, ook niet met Amerika. Mede daarom zal er een relatief vreedzame machtsoverdracht van de VS naar China plaatsvinden.
http://www.chinasquare.be/achtergrond/vs-en-china-schipperen-tussen-afhankelijkheid-en-rivaliteit/#comment-38727
De Chineze gezegde ‘Een berg kan geen twee tijgers huisvesten 一山不容二虎’ wordt weleens informeel uitgebreid tot ‘Een berg kan geen twee tijgers huisvesten, tenzij ze elkaars partners zijn一山不容二虎,除非一公一母.’ Partners (man-vrouw) die elkaar aanvullen. Wellicht zien we daarom in de nabije toekomst een niet-officiële instelling G2 onstaan: https://en.wikipedia.org/wiki/Group_of_Two
Tenslotte blijft nog de vraag waarom de Amerikanen er niet in geslaagd zijn om China klein te krijgen vóór het groot werd en niet meer in te tomen valt. Wellicht een strategische ‘fout’ van Amerika rond de eeuwwisseling. In plaats van te focussen op China, liet Amerika zich verleiden tot twee uitzichtloze oorlogen in Afghanistan en in Irak. Na de financiële crisis is de Amerikaanse kans helemaal verkeken. De Pivot to Asia kwam te laat en mislukte. Gelukkig voor China. Gelukkig voor de wereld.