Op het recente plenum van het Centraal Comité van de Communistische Partij van China (CPC) is een resolutie over de geschiedenis van de partij aangenomen. Dat is nog maar de derde keer in haar honderdjarig bestaan. Reden om er op in te gaan.
Deze bespreking is gebaseerd op de Engelse vertalingen van de resolutie zelf en van de verklarende nota aan het Centraal Comité door partijleider Xi Jinping. Beide vertalingen werden gepubliceerd door het officiële persagentschap Xinhua.
In de Westerse media wordt de resolutie vooral gezien als een versterking van de positie van partijleider en president Xi Jinping. Het klopt dat Xi in de resolutie als de ‘kern’ van het partijbestuur wordt opgevoerd, wat hem boven andere partijleiders plaatst en de deur open zet om nog een tijd aan de macht te blijven. Doch dit is niet nieuw, dat was al door het vorige partijcongres in 2018 bevestigd. Het klopt ook dat de resolutie het belang onderstreept van ‘De ideeën van Xi Jinping voor de ontwikkeling van het socialisme op zijn Chinees in de nieuwe periode’. Maar ook die ‘ideeën’ waren er al op het congres van 2018; en bovendien krijgt elke succesvolle Chinese leider sinds Mao in de resolutie auteursrecht op een specifieke toevoeging aan het Marxisme op zijn Chinees. De echte betekenis van de resolutie kan niet tot dit punt beperkt worden.
Historische context.
De eerste resolutie over de partijgeschiedenis dateert van 1945. De CPC was na een bijna-dood ervaring tijdens de Lange Mars uit de as herrezen onder leiding van Mao Zedong en had een groot prestige verworven in de overwinning op Japan. De vraag was hoe de partij nu verder zou werken om de macht te verwerven. In de resolutie worden de rechts opportunistische en de linkse afwijkingen van de leiders voor Mao beschreven en de strategie van Mao voor de verdere strijd als te volgen lijn uitgestippeld. Dat bleek de juiste keuze want in 1949 kon hij de Chinese volksrepubliek uitroepen.
De tweede resolutie in 1981 kwam tot stand onder impuls van Deng Xiaoping. Deng voerde sinds 1978 hervormingen door omdat China met de Maoïstische strategie onvoldoende snel vooruit ging en bleef achterlopen op de ontwikkelde wereld. Een nieuwe strategie voor snelle economische groei was nodig. Maoïstische kaderleden waren daar niet gelukkig mee. De resolutie moest duidelijk maken welke dingen Mao Zedong juist gedaan had en welke verkeerd en vooral aantonen dat ingrijpende hervormingen nodig waren. Dat bleek te lukken en de volgende dertig jaar kende China een nooit geëvenaarde economische vooruitgang.
De huidige resolutie verwijst naar 2012, het jaar dat Xi Jinping tot partijleider verkozen werd. Na tien jaar razendsnelle maar onevenwichtige, niet duurzame en niet juist verdeelde groei, een wereldwijde financiële crisis die duidelijk maakte dat China zich niet langer uitsluitend als ‘fabriek van de wereld’ zou kunnen ontwikkelen en de ‘draai naar Azië’ van de regering Obama die China tot rivaal nr.1 uitriep, had China een nieuwe ontwikkelingsstrategie nodig. Het was de verdienste van de partij onder leiding van Xi om dat te beseffen en ‘Ideeën van Xi Jinping voor de ontwikkeling van het socialisme op zijn Chinees in de nieuwe periode’ te ontwikkelen.
Negen jaar later, bij de honderdste verjaardag van de partij, is China een middelmatig welvarend land waar de ergste armoede uitgeroeid is. Een aantal lang aanslepende problemen zijn aangepakt maar nog veel blijft te doen. In 2049, bij haar honderdste verjaardag wil de Volksrepubliek een welvarend modern socialistisch land zijn. Maar wat betekent dat en hoe maakt men deze sprong?
Alhoewel de nieuwste resolutie gaat over de geschiedenis, ligt de nadruk op de strategie voor de komende dertig jaar.
De resolutie geeft een aantal redenen waarom een nieuwe historische evaluatie nodig is: bij de 100ste verjaardag van de partij zit China in een nieuwe fase waarin het een modern socialistisch land wil opbouwen; bij die nieuwe periode hoort een verdere ontwikkeling van het socialisme met Chinese karakteristieken; er is nood aan integere politici die bereid zijn de leiding van het centraal comité en in het bijzonder van de ‘kernleider’ Xi Jinping te volgen; het vertrouwen in het socialisme met Chinese karakteristieken moet omhoog; de centrale rol van Xi Jinping en van het centrale comité om te zorgen dat de hele partij dezelfde lijn volgt moet bevestigd worden; de partij moet zichzelf versterken, beter werken, ook in crisissituaties; de partij moet het volk kunnen leiden en motiveren om de Chinese droom van nationale vernieuwing te kunnen realiseren.
Continuïteit
De resolutie legt de nadruk op de continuïteit in de geschiedenis van de CPC. In 100 jaar tijd heeft de partij het land stelselmatig vooruit gebracht. Er zijn natuurlijk fouten en mislukkingen geweest, maar de partij heeft steeds daaruit geleerd zodat stap voor stap grotere successen behaald zijn.
Continuïteit blijkt ook uit de verklarende nota van Xi Jinping die stelt dat de resolutie geen enkele van de besluiten van de vorige resoluties of partijbesluiten sinds de resolutie van 1981 en tot vandaag in vraag stelt. Daarom kan er vrij kort over de geschiedenis tot 2012 gegaan worden om zich te concentreren op de strategie voor de nieuwe periode.
De bezorgdheid om de continuïteit van de vooruitgang te benadrukken gaat soms ver. Zwarte bladzijden zoals de Grote Sprong Voorwaarts, de Grote Culturele Revolutie of de onderdrukte opstand van Tian An Men komen slechts indirect ter sprake.
Nog opvallend: de strategische cesuur tussen de politiek van Mao en de hervormingen van Deng Xiaoping blijft onderbelicht, waardoor de revolutionaire hervormer teruggebracht wordt tot één in de rij met zijn volgelingen en opvolgers Jiang Zemin en Hu Jintao.
De bedoeling van deze nadruk op continuïteit wordt gaandeweg duidelijk. Al is de partij niet altijd perfect geweest, ze is het beste wat China had kunnen overkomen. Zonder CPC was er geen nieuw China. In tegenstelling tot de resoluties van 1945 en 1981 waarin afgerekend werd met fouten uit het verleden legt de huidige resolutie de nadruk op het succes van honderd jaar CPC, dat gunstige voorwaarden schept voor nieuwe successen in de nieuwe periode. De boodschap is duidelijk: Alleen dank zij de CPC onder de opeenvolgende leiders Mao, Deng, Jiang, Hu en Xi staat China vandaag waar het staat. Het Chinese volk mag er op vertrouwen dat het onder leiding van de CPC en met de ‘Ideeën’ van Xi de doelstellingen voor 2049 kan bereiken.
Democratisch centralisme
Hoe kwam de resolutie tot stand? Ze werd voorbereid door een ad hoc werkgroep voorgezeten door Xi Jinping, die er aan begon in maart. Er zaten in de groep nog twee van de zeven topleiders plus een aantal topkaders van partij en staat plus afgevaardigden van betrokken ministeries en van regio’s.
In april werd het plan voor een resolutie voor commentaar voorgelegd aan een groep partijleden en niet-partijleden; de reacties waren unaniem positief en er kwamen vele constructieve voorstellen uit de bus. De basisgedachte om de continuïteit van de partijwerking te benadrukken en vooral op de recente geschiedenis en de nieuwe periode te focussen werden in deze fase bevestigd.
Op basis van de voorstellen en commentaren en na studie van de eerdere belangrijke partijteksten zette een groep zich aan het werk om de resolutie op te stellen.
Op 6 september werd een eerste ontwerp verspreid onder een beperkt aantal actieve en gepensioneerde partijkaders. Ook de acht andere politieke partijen, de Nationale Federatie van Handel en Nijverheid (met de privé-ondernemers) en bekende Chinezen zonder partijkaart mochten hun mening geven.
Het resultaat was een brede steun voor het document. De algemene opinie was dat het document de feiten en de geschiedenis trouw weergaf. Om rekening te houden met de vele constructieve opmerkingen werd het ontwerp op 547 plaatsen aangepast.
Vooraleer de definitieve tekst aan het voltallig Centraal Comité voorgelegd werd, is hij drie keer besproken door het Permanent Comité van het Politiek Bureau en twee keer door het voltallig Politiek bureau.
Een nieuwe periode voor het socialisme met Chinese karakteristieken.
De focus van de resolutie ligt op de periode na het 18de partijcongres in 2012. Ze analyseert de verwezenlijkingen qua theoretische innovatie en de praktische verwezenlijkingen sinds dan en gaat in op de situatie, de risico’s, de uitdagingen waar de partij voor staat in de nieuwe periode. Het is de verdienste van Xi Jinping hierover coherente ideeën te hebben geformuleerd.
Sinds 2012 hebben Xi en het Centraal Comité een aantal moeilijke problemen die (te) lang bleven aanslepen, aangepakt. De resolutie vermeldt 13 moeilijke taken die aangepakt zijn:
De leidende rol van de partij is versterkt doordat de partij nu in vele opzichten beter werkt en meer verenigd is. Daarmee samenhangend is de interne organisatie van de partij kwalitatief verbeterd, met onder meer met de succesvolle strijd tegen de corruptie. De economische groei is van hogere kwaliteit dan voordien. China is verder hervormd en meer open; het bestuur van het land is in zijn geheel efficiënter geworden. China is ook meer democratisch geworden doordat het bestuur transparanter is en de bevolking effectief meer betrokken wordt bij de besluitvorming. De rechtsstaat is verder uitgebouwd en de partij zelf staat niet meer boven de wet. Op ideologisch gebied is er grote vooruitgang doordat het volk en de partijleden meer vertrouwen in het Chinese socialisme gekregen hebben. De sociale zekerheid is in alle opzichten verder uitgebouwd en er is sociale stabiliteit. Milieubescherming heeft de prioriteit gekregen die ze verdient. Het leger is sterk gemoderniseerd en de defensieve capaciteit van China neemt toe parallel met de economische ontwikkeling. De nationale veiligheid is op alle vlakken verder uitgebouwd en het land is stabiel. De problemen in Hongkong zijn aangepakt. In verband met Taiwan houdt China principieel vast aan ‘één China’ waar Taiwan deel van uitmaakt. Op internationaal vlak heeft China het concept ‘een mensheid met een gedeelde toekomst’ gelanceerd; diplomatiek blijft het gewicht van het land toenemen.
Wat de Chinese communistische partij doet heeft historische betekenis. De resolutie vermeldt er vijf:
Het lot van het Chinese volk is veranderd; het heeft nu uitzicht op een beter leven. De Chinese natie staat terug op de kaart, met snelle economische groei en sociale stabiliteit. De praktische toepassing van het Marxisme in China toont de vitaliteit ervan. Door China te ontwikkelen verandert de wereld; ontwikkelingslanden kunnen nadenken over alternatieve modellen voor ontwikkeling. En de communistische partij heeft in de loop der jaren bewezen dat ze een grote, glorieuze en correcte partij is.
Uit haar 100 jaar praktijk heeft de partij lessen voor de volgende etappe tot 2049 getrokken. Hier zijn er tien:
De CPC moet de leiding van het land houden, ze moet altijd het volk dienen, ze mag geen schrik hebben van theoretische vernieuwing, ze moet onafhankelijk blijven, haar eigen Chinese weg volgen, ze mag de rest van de wereld niet uit het oog verliezen, ze moet stoutmoedig durven hervormen, ze moet voor zichzelf durven opkomen, het eenheidsfront bevorderen en blijven investeren in zelfcorrectie.
De resolutie stelt herhaaldelijk dat de partij nooit mag vergeten wat haar doelstellingen bij de oprichting waren. De partij is er voor het volk en moet altijd de belangen van het volk voorop stellen. Ook bij het doel van een welvarend modern socialistisch land in 2049 moet op de eerste plaats het welzijn van de bevolking komen. Daarom is het essentieel dat de partij steeds een sterke band met het volk onderhoudt.
De resolutie stelt verder dat het werk van de partij gebaseerd is op het Marxisme-Leninisme en de verdere ontwikkelingen daarvan in een Chinese context door Mao, Deng, Jiang, Hu en Xi.
Besluit
Het is een resolutie die meer op de toekomst dan op het verleden gericht is. De positie van Xi Jinping als onbetwist leider wordt in de verf gezet, maar dat is niet nieuw. Hetzelfde geldt voor de leidende rol van de CPC in het bestuur van het land.
Wanneer we naar de concrete actiepunten sinds 2012 kijken en de lessen voor de toekomst zien we een samenvatting van wat al bij eerdere gelegenheden gezegd werd. De hoofdtoon is continuïteit, stabiliteit, zelfvertrouwen ook in de steeds complexere binnen- en buitenlandse situatie.
Wel is er een verschuiving van focus: het belang van de radicale hervormingen door Deng Xiaoping komt minder naar voor dan vroeger. Voor Deng kreeg snelle economische groei voorrang op alles, tijdens wat hij de primaire fase van het socialisme noemde. Vandaag is er sprake van kwalitatief hoogstaande, evenwichtige, duurzame en faire groei. Het welvarende moderne socialistische China als streefdoel voor 2049 wil duidelijk de primaire fase van het socialisme ontgroeid zijn.
Het betekent bv dat je niet moet praten over de verdwijning van Peng Shuai