Bij een recent bezoek kon Roger McKenzie* er zich van vergewissen dat in Xinjiang, in het westen van China, de islamitische cultuur bloeit en economische ontwikkeling de basis is voor de handel en relaties van de Volksrepubliek met landen in het westen – een werkelijkheid die meestal buiten beeld blijft door de propaganda die de VS en zijn bondgenoten verspreiden.
ChinaSquare neemt dit artikel uit de Morning Star over als opinie.
De Chinese autonome regio Xinjiang ligt in het geografische centrum van Eurazië. De regio grenst aan acht andere landen, waardoor het een vitaal onderdeel is van het Chinese project om een grotere integratie van Eurazië tot stand te brengen en het westelijk deel van China met zijn bevolking van 1,4 miljard open te stellen voor de landen in dat immense gebied. De Comprehensive Bonded Zone, een soort vrijhandelszone, in de stad Kashi speelt een sleutelrol bij de coördinatie van de bloeiende handelsbetrekkingen die China met zijn directe buren heeft ontwikkeld. Xinjiang, een van de grootste regio’s in China, is een toegangspoort tot Rusland, India, Pakistan, Mongolië, Kirgizië, Tadzjikistan, Kazachstan en Afghanistan.
‘Bloeiend islamitisch’
Het beslaat ongeveer 643.000 vierkante mijl (1.664.897 km²) van China – zesmaal de oppervlakte van Groot-Brittannië. De meeste van de ongeveer 25 miljoen inwoners van het dunbevolkte gebied zijn moslims. Zij behoren tot ongeveer 65 verschillende etnische groepen, waaronder Han-Chinezen, Oeigoeren, Kazakken en Hui. Ik ben de tel kwijtgeraakt van het aantal moskeeën dat ik tijdens mijn recente reis heb gezien. Ik bezocht een bloeiend islamitisch centrum in de stad Urumqi, dat miljoenen subsidies van de Chinese regering heeft ontvangen voor de ontwikkeling ervan en om les te geven aan zijn ongeveer 1.000 studenten. Mij viel de eer te beurt om samen met de imam in de grote zaal van de moskee, die aan het centrum verbonden is, plaats te nemen en hem te horen vertellen over de steun die het centrum van de overheid heeft ontvangen.
Ook bezocht ik de prachtige en zeer drukke Id Kah Moskee in de stad Kashi. Beide keren namen de imams de tijd om te vertellen hoe dankbaar zij en de gelovigen in de moskee zijn voor de overheidssteun. Ze vertelden me hoe het recht om een godsdienst te belijden in China als een privéaangelegenheid wordt beschouwd en door de wet wordt beschermd. Daarom verstrekt het land fondsen aan een groot aantal religieuze organisaties van onder andere moslims, boeddhisten en christenen. Niets van dit alles wordt erkend door het Westen. In plaats daarvan vertelt men fabels over een denkbeeldige religieuze vervolging op grote schaal.
Vooral westerse politici en journalisten die voor doorgeefluik spelen blijven onwaarheden spuien over de behandeling van religieuze minderheden. Voor alle duidelijkheid: ik ben op geen enkel moment getuige geweest van pogingen om iemand te verhinderen zijn geloof te belijden volgens de islam of welke andere godsdienst dan ook. Ik heb geen kritiek op de regering omtrent religieuze vervolging gehoord van hooggeplaatste religieuze figuren of anderen die ik tijdens mijn bezoek heb ontmoet. In geen van de grote mensenmassa’s in de regio werd ik tegengehouden als ik iemand aansprak.
Authentiek versus fake antiracisme
Nu ik de moeite heb genomen om in 10 dagen vijf steden in de regio Xinjiang te bezoeken in plaats van mijn grote gelijk te verkondigen vanop duizenden kilometers afstand, kan ik eerlijk zeggen dat voor een land dat zogenaamd routinematig etnische minderheden onderdrukt, China ontzettend veel tijd lijkt te investeren in het ondersteunen van deze minderheden. En dan bedoel ik niet het halfslachtige, neerbuigende zogenaamde koesteren van diversiteit dat nu in heel Groot-Brittannië gebruikelijk lijkt te zijn. Leidersfiguren in dat land struikelen over zichzelf om de grote antiracist uit te hangen en ‘black lives matter’ te papegaaien, terwijl ze intussen niet één maatregel nemen tegen het racisme in hun organisaties. In China zie ik geen Black History Month-achtig optreden waarbij een groot spektakel wordt gemaakt voor een korte symbolische periode, waarbij men vervolgens voor de rest van de tijd het racisme negeert.
Met eigen ogen
De waardering voor de rijkdom van regionale culturele diversiteit is niet iets dat enkel beperkt blijft tot Xinjiang: ik nam het overal waar in China. Overal zag ik hoe de islamitische cultuur werd gerespecteerd en geëerd. Ik hoor sommigen al zeggen dat ik niet goed genoeg heb gekeken of dat ik voor de gek ben gehouden. Maar ik heb wel degelijk goed gekeken en ik geloof niet dat er een grap met me is uitgehaald. Ik sprak met veel mensen onder vier ogen zonder enige beperking. Sterker nog, door mijn dreadlocks, en eerlijk gezegd ook door mijn huidskleur, was ik een doelwit van nieuwsgierigheid, vooral onder de jongeren. Velen onder hen wilden een praatje met mij komen maken en met mij op de foto Dat was eigenlijk nog het enige ongemakkelijke aan de reis!
Wat ik zag, waren veel mensen die op dezelfde manier met hun eigen zaken bezig waren als anderen proberen te doen in vele delen van de wereld die ik heb bezocht. Ik ontmoette veel functionarissen van de Communistische Partij die vragen kregen over de aantijgingen tegen hen en hun land. Ze zeiden allemaal dat de enige manier om de propagandaoorlog die tegen hen gevoerd wordt tegen te gaan, is dat buitenlanders zelf komen kijken. Ze vertelden me hoe hard ze werkten om de regio open te stellen voor meer toerisme, zodat reizigers dit prachtige gebied konden ervaren, maar ook zodat meer mensen konden getuigen van de waarheid over hen.
Het belang van Xinjiang
Dus waarom voert men deze propagandaoorlog tegen China in het algemeen en tegen Xinjiang in het bijzonder? De geografische ligging van de regio biedt het antwoord. Als centrum van de wederopleving van de zijderoute zal de regio het brandpunt zijn van de handel en de economische polsslag van China. Dit betekent dat de voortdurende economische groei van het land buitengewoon sterk verbonden is met Xinjiang.
De handelsroutes via de acht buurlanden naar nog meer partners zullen van cruciaal belang zijn voor de verkoop van in China geproduceerde goederen en voor de aankoop van de grondstoffen die nodig zijn om de economie van het land draaiende te houden. De VS is de grootste economie ter wereld en wil dat zo houden. De doctrine van de Full Spectrum Dominance (totale overmacht) houdt in dat de Verenigde Staten alle middelen zullen gebruiken die nodig zijn om de dominantie van het Amerikaanse kapitaal te handhaven.
Ik denk dat we hierdoor kunnen begrijpen waarom de VS nooit zal aarzelen om verkeerde informatie over China te verspreiden. Het is inderdaad een feit dat de Verenigde Staten een bepaalde reputatie hebben wat dit soort gedrag betreft. Ze vertonen dit al jaren, vooral in Afrika en Midden-Amerika, waar ze organisaties omkopen om onrust te zaaien tegen regeringen die volgens hen niet volgzaam genoeg zijn.
De tactieken van de Verenigde Staten om de reputatie van China te ondermijnen, die gekruid zijn met een eeuwig terugkerende dosis sinofobie, hebben voor een groot deel een economische basis. Hun valse beschuldigingen van onderdrukking van etnische minderheden – met name de Oeigoeren – zijn nergens op gebaseerd. Integendeel, ik heb de indruk dat er veel meer bewijzen voor bestaan dat de Chinezen op nationaal en regionaal niveau actief de culturele diversiteit hooghouden en streven naar economische welvaart. En dat dit de pogingen van – waarschijnlijk door het Westen gefinancierde – terroristische groeperingen om onrust in Xinjiang te zaaien lijkt te ondermijnen.
Ik zal op de beschuldigingen van dwangarbeid meer in detail ingaan in het tweede deel van deze serie van drie over mijn bezoek aan China. Intussen wil ik iedereen die dit artikel met ongeloof leest en denkt dat ik ofwel lieg ofwel het slachtoffer ben geworden van wat een gesofisticeerde vorm van oplichterij zou zijn, het volgende aanraden: ga zelf kijken. Het is ver weg, maar ik geloof oprecht dat je verrast zal zijn door de prachtige levendige mensen en steden die je zullen verwelkomen.
Vertaling en links ter verklaring voor niet-Britse lezers: ChinaSquare
*Roger McKenzie is de redacteur buitenlandse zaken van de Morning Star, het socialistische dagblad van Groot-Brittannië. Hij is de auteur van het boek ‘African Uhuru: The Fight for African Freedom in the Rise of the Global South’ onlangs gepubliceerd door Manifesto Press.
Naschrift ChinaSquare: McKenzie bezocht China als lid van een delegatie van Friends of Socialist China. Hij schrijft over Chinese communisten die hem in Xinjiang vertelden ‘dat mensen zelf moeten komen kijken om de propagandaoorlog die tegen hen gevoerd wordt tegen te gaan’. ChinaSquare-redacteur Frank Willems deed dat al in september 2023 en bracht uitvoerig verslag uit van zijn ervaringen. Lees zijn nuchter verhaal en leg het naast de enthousiaste conclusies van Roger McKenzie om tot een veelzijdige visie op Xinjiang vandaag te komen.
Zie verder: https://www.chinasquare.be/de-zwervende-leestafel-3-focus-socialistisch-china/ voor een uitgebreid verslag op video en in tekst van de reis waar McKenzie aan deelnam.