Wie is toch de gepensioneerde Zhou Yongkang waarvan speculaties willen dat hij het echte doelwit is van het huidige anti-corruptieonderzoek bij petroleumgigant CNPC? Het is eren feit dat Zhou zijn opgang hoofdzakelijk te danken heeft aan zijn rol in de petroleumsector.
Zhou Yongkang werd in 1942 geboren in Wuxi (Jiangsu). Hij studeerde olieontginning bij het Beijing Petroleum Institute waar hij in 1966 afstudeerde en daarna een geologisch prospectieteam vervoegde in het Daqing olieveld dat toen nog maar opgestart was. Hij bleef in deze bedrijvigheid van ontginning en maakte tijdens de jaren 80 kennis met Zeng Qinghong. Deze werkte bij China National Offshore Oil Corporation maar zou later sterk verbonden worden met het stadsbestuur van Shanghai en meer bepaald met Jiang Zemin. Zeng Qinghong werd vicepresident en Jiang Zemin steunde Zhou in zijn opgang binnen de partijrangen.
In 1985 werd Zhou benoemd tot viceminister van de Petroleumindustrie en bleef dit tot het ontbonden werd en vervangen door de China National Petroleum Corporation (CNPC) in 1988. De volgende 10 jaren klom Zhou geleidelijk op tot algemeen manager en ook de partijtopman vooraleer hij het bedrijf verliet in 1998. Daarna werd hij Minister van Land Resources, maar het jaar nadien werd Zhou al benoemd tot Sichuan partijsecretaris, een functie die hij bekleedde tot 2002.
Onder het 16-de partijcongres werd hij ondersecretaris van de Politics and Law Commission bij het Centraal Comité, een springplank naar zijn volgende functie: hij was Minister van Public Security van 2003 tot 2007. Voorts stootte hij op partijniveau door tot secretaris van de Politics and Law Commission en tot directeur van Public Security Commission bij het Centraal Comité. Van 2007 tot 2012 volgde de bekroning als lid van het Permanent Comité van het Politbureau.
Hij was naar verluidt het laatste lid binnen dit comité die Bo Xilai tot het einde bleef verdedigen. Net voor Bo op 15 maart vorig jaar de laan werd uitgestuurd, sprak Zhou op een sessie van het Volkscongres lovende woorden uit over de verwezenlijkingen te Chongqing, tevergeefs dus. Hij stond bekend om een tamelijk harde politiek: die ging van het uitroeien van een drinkcultuur bij de politie waar honderden ontslagen vielen tot zero tolerantie tegenover Falun Gong en andere gezagsondermijnende krachten. Hij stroomlijnde de politiestructuur en maakte ze machtiger en meer professioneel.
Al in mei vorig jaar lanceerde een groep partijveteranen uit Yunnan een petitie voor zijn ontslag. De speculaties tegen Zhou werden almaar sterker nadat verschillende van zijn adjuncten uit Sichuan in ongenade vielen, waaronder voormalig vicegouverneur Guo Yongxiang. Een Reuters bericht meldt echter dat Zhou meewerkt aan het CNPC-onderzoek, maar dat hijzelf niet het onderwerp is van het onderzoek.
Bronnen: China Vitae, SCMP