‘Wie voor socialisme en vrede is moet werken aan solidariteit met China’

Carlos Martinez* (OPINIE)

Op uitnodiging van de Chinese Academie van Sociale Wetenschappen(CASS) woonde Carlos Martinez, mederedacteur van Friends of Socialist China, in Beijing het 14e Wereldforum over Socialisme bij [1]

socialisme

Carlos Martinez presenteerde tijdens dat forum zijn boek The East is Still Red – Chinese Socialism in the 21st Century en legde uit waarom hij het heeft geschreven.

Waarom nog een boek over China?

The East is still Red – Chinese Socialism in the 21st Century werd vorig jaar in het Engels gepubliceerd door Praxis Press en zal binnenkort in het Chinees verkrijgbaar zijn bij Jiuzhou Press, in een vertaling door Zhuo Mingliang van de Chinese Academie voor Sociale Wetenschappen. Er zijn al veel boeken over China geschreven door westerlingen. Was het echt nodig nog een boek aan die stapel toe te voegen? Als je naar de bestsellerlijsten van de VS en het VK kijkt, vind je titels als: – How China Derailed Its Peaceful Rise – China’s New Tyranny – How China Took Over While America’s Elite Slept – How the Chinese Communist Party is Reshaping the World en zo gaat het maar door [2]. Er zijn tientallen, zelfs honderden boeken over China als een ‘autoritair, dystopisch, agressief, repressief en reactionair’ land. Dit zijn geen serieuze werken over politiek, economie en geschiedenis. Ze maken deel uit van een steeds omvangrijkere propagandacampagne die het publiek beïnvloedt om in te stemmen met een Nieuwe Koude Oorlog gericht tegen China. Een van de belangrijkste redenen waarom dit boek werd geschreven was om een bijdrage te leveren aan de opbouw van een beweging tegen die Nieuwe Koude Oorlog.

De achtergrond van de laster tegen China

In het Westen worden de meest schandelijke laster over China uitgestort: dat het mensenrechten schendt tegen de Oeigoeren in de provincie Xinjiang; dat er geen  godsdienstvrijheid is; dat de minderheidstalen er tegengewerkt worden; dat het een roofzuchtig beleid voert bij zijn handelsbetrekkingen en zijn investeringen in Afrika, Latijns-Amerika, het Caribisch gebied, het Midden-Oosten en de Stille Oceaan; dat het een agressieve, expansionistische mogendheid is die de soevereiniteit van andere landen in de regio wil schenden; dat het de democratische grondrechten met voeten treedt; enzovoort. Uiteindelijk is het allemaal propaganda ten gunste van het tegen China gerichte buitenlands beleid van het Westen en ter ondersteuning van de missie van de VS om zijn hegemonie te behouden, zijn wereldwijde economische en strategische voordelen weer te verstevigen en een Project for a New American Century na te streven.

Er zijn vele overeenkomsten tussen de Nieuwe Koude Oorlog en de oorspronkelijke Koude Oorlog. In een aantal opzichten is de huidige campagne zelfs een voortzetting van de vroegere Koude Oorlog. Waar ging die immers over? Het ging erom het imperialistische systeem onder leiding van de VS in het tijdperk na de Tweede Wereldoorlog te consolideren en uit te breiden. De doelstellingen waren het socialisme in te dammen en te verzwakken en ervoor te zorgen dat er in de plaats van het koloniale wereldsysteem een neokoloniaal systeem kwam en geen werkelijk multipolaire wereld. Het Westen voerde overal ter wereld oorlogen en proxyoorlogen. Het destabiliseerde landen, liet staatsgrepen en moordaanslagen plegen en werkte met economische dwang om te voorkomen dat de landen in het Zuiden hun soevereiniteit zouden laten gelden en hun eigen ontwikkelingsweg zouden kiezen. En natuurlijk was de Koude Oorlog niet altijd echt ‘koud’. Minstens drie miljoen mensen verloren het leven in Korea omdat de VS absoluut militaire voet aan de grond wilde hebben in de Stille Oceaan, om zijn wil op te leggen aan die regio. De VS wilde het Koreaanse volk de keuze ontzeggen om het socialisme op te bouwen; ze wilden kernkoppen in Zuid-Korea plaatsen; ze wilden de Volksrepubliek China en de Sovjet-Unie met nucleaire vernietiging bedreigen; ze wilden een dictatuur in stand houden in de provincie Taiwan; ze wilden de volledige hereniging van China voorkomen; en ze wilden de Volksrepubliek China buiten de Verenigde Naties houden. Om al die redenen voerden de VS en hun bondgenoten een genocidale oorlog.

Nog een paar miljoen mensen verloren het leven in Vietnam omdat de VS de keuze van het volk van Vietnam – en van Laos en Cambodja – om hun eigen ontwikkelingsweg te volgen niet kon accepteren. De VS belette die landen om bondgenoten te worden van de socialistische landen. Ze mochten de invloedssfeer van de VS en het imperialistische wereldsysteem niet verlaten. In Indonesië, Brazilië, Nicaragua, Chili, Argentinië, Guatemala, Angola, Mozambique, Zimbabwe, Zuid-Afrika en Ethiopië werden honderdduizenden levens geofferd op het altaar van de zogenaamde ‘op regels gebaseerde wereldorde’.

Op dit moment wordt de Nieuwe Koude Oorlog niet gekenmerkt door grootschalig geweld, maar de dreiging van een Derde Wereldoorlog neemt met de dag toe. Om te beginnen is het overduidelijk dat de VS en hun bondgenoten bereid zijn om tot de laatste Oekraïner te vechten in hun proxyoorlog tegen Rusland. Ondertussen is er naast de economische aanvallen op China – de handelsoorlog, de invoerbelastingen, de sancties, de aanvallen op Huawei en TikTok, de poging om China te stoppen met het ontwikkelen van geavanceerde halfgeleiders – sprake van een steeds verregaander militaire omsingeling. Er is de creatie van AUKUS, het nucleaire pact tussen Groot-Brittannië, de VS en Australië. De VS verleent al directe militaire hulp aan de Chinese provincie Taiwan. Er bestaat een enorme en groeiende reeks militaire basissen van de VS in de regio, waaronder een nieuw steunpunt in Noord-Australië en verschillende nieuwe legerbasissen op de Filippijnen. Er zijn nucleaire gevechtsvliegtuigen aanwezig in Japan, Zuid-Korea en Okinawa. In Guam en Zuid-Korea is een THAAD-raketafweersysteem geplaatst. Washington moedigt Japan aan om te herbewapenen en doet pogingen om een wereldwijde NAVO te creëren.

socialisme

Oorlog om China tegen te houden?

Niets van dit alles is gericht op de bevordering van vrede. Er is duidelijk een luidruchtige en invloedrijke factie in Washington die een regelrechte oorlog tegen China ziet als de enige haalbare manier om te voorkomen dat China de VS economisch en technologisch inhaalt. En het is in de ogen van deze figuren bovendien het enige wat een einde kan maken aan de opkomende multipolaire wereldorde met China als centrum. Dat streven druist echter volledig in tegen de belangen van de mensheid. De westerse landen zouden met China moeten samenwerken aan de grote mondiale problemen van deze tijd: we moeten samen voorkomen dat het klimaat ontwricht wordt, dat er pandemieën uitbreken, dat er een kernoorlog komt. Samen moeten we de uitdaging van AI artificiële intelligentie aanpakken en de armoede in de wereld bestrijden.

Gewone mensen in het Westen moeten niet toestaan dat de oorlogsstokers met instemming van de bevolking hun gang kunnen gaan. Een van de belangrijkste redenen voor het boek is dus om de realiteit van China te beschrijven en zo bij te dragen aan de beweging tegen oorlog en voor vreedzame samenwerking.

China en het socialisme

Het andere belangrijke doel van het boek is om mensen te helpen het Chinese socialisme beter te begrijpen, een onderwerp waarover er een massa misverstanden leeft, ook bij vele marxisten. De neiging bestaat om aan te nemen dat China met de invoering van de hervorming en openstelling in 1978 het socialisme eenvoudigweg heeft opgegeven en het kapitalisme heeft overgenomen. Maar China heeft honderden miljoenen mensen uit de armoede gehaald. Dit is door de VN erkend als het meest grootschalige en succesvolle programma van armoedebestrijding in de geschiedenis. Daar waar de VS en zijn bondgenoten overal ter wereld oorlogen hebben gevoerd tegen regeringen en bevolkingen, heeft China oorlog gevoerd tegen de armoede.

Zou dit mogelijk zijn als China gewoon het zoveelste kapitalistische land was? Als de kapitalistenklasse – een relatief kleine groep mensen die kapitaal bezitten en kunnen inzetten – de politieke macht zou domineren, zou ze dan echt toestaan dat middelen zo consequent worden aangewend om de problemen van de werkende mensen op te lossen? Als dat zo is, waarom gebeurt dit dan niet overal in de wereld? Waarom hebben andere kapitalistische landen geen vergelijkbare successen geboekt in het verbeteren van het leven? China heeft zich ontpopt als veruit de wereldleider in het ontwikkelen van hernieuwbare energie, een beschermer van de biodiversiteit, een land waar vervuiling daadwerkelijk wordt aangepakt, waar groene transportsystemen worden ontwikkeld en de overheid een reusachtig project van herbebossing regelt. Waarom kent China deze vooruitgang? Het bewustzijn van de gevaren van klimaatverandering is al meer dan drie decennia wereldwijd gegroeid, maar de geavanceerde kapitalistische economieën van het Westen hebben heel weinig vooruitgang geboekt in de aanpak van dit probleem en de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen. De fundamentele reden is dat westerse regeringen het probleem willen laten regelen door de markt. Volgens de neoliberale orthodoxie zal de oplossing komen van het winstoogmerk en de dynamiek van vraag en aanbod, maar blijkt niet zo te zijn. Het ‘kapitalisme op fossiele brandstoffen’ wordt ongehinderd voortgezet.

China echter heeft nu meer geïnstalleerde hernieuwbare energiecapaciteit dan de G7-landen samen. In de afgelopen twintig jaar is het aandeel van steenkool in de energiemix gedaald van 80% naar 50%. China’s bosareaal is toegenomen van 12% aan het begin van de jaren tachtig tot 24% nu. China is wereldleider in de productie en het gebruik van elektrische auto’s, treinen en bussen. Ongeveer 98% van alle elektrische bussen ter wereld staat in China, en ongeveer 70% van alle hogesnelheidstreinen ter wereld. Dankzij Chinese investeringen en innovatie zijn de kosten van de productie van zonne-energie de afgelopen tien jaar zo drastisch gedaald dat ze in het grootste deel van de wereld goedkoper is dan die van energie uit fossiele brandstoffen. De Chinese regering heeft ongelooflijk ambitieuze doelen gesteld om in 2030 de piek van de emissies te bereiken en in 2060 koolstofvrij te zijn. En het recentste onderzoek geeft aan dat de doelstelling voor de uitstootpiek al is bereikt, enkele jaren eerder dan gepland. Zou dit allemaal mogelijk zijn als China een kapitalistisch land was, als de kapitalistenklasse het voor het zeggen had?

socialisme

Socialisme verklaring voor de prestaties van China

Een belangrijk idee dat ik probeer over te brengen in het boek is dat de reden waarom China wereldleider is in armoedebestrijding; de reden waarom China de groene energietransitie leidt; de reden waarom China een buitenlands beleid voert gebaseerd op vrede, niet-inmenging, wederzijds voordeel, samenwerking en respect voor soevereiniteit; de reden dat het in staat is geweest de Covid-pandemie aan te pakken met een relatief minimaal verlies aan levens in vergelijking met de grote kapitalistische landen; de reden dat het China is gelukt om van een van de armste en meest achtergebleven landen in de wereld een gematigd welvarend land te worden en een van de toonaangevende vernieuwers in wetenschap en technologie, dat dit alles juist te danken is aan het feit dat China een socialistisch land is. Dat wil zeggen, een land waar de politieke macht ligt bij de vele gewone mensen in plaats van bij een rijke elite; een land waar de economie in dienst staat van het volk; een land met een democratisch planningsproces in plaats van de chaos van het neoliberalisme.

Mensen begrijpen niet goed hoe het eigenlijk zit met het Chinese socialisme, vanwege de mate waarin China zich inlaat met het wereldwijde kapitalisme, vanwege de markthervormingen, het feit dat er privékapitaal bestaat en dat er grote ongelijkheid is. Natuurlijk ziet China er vandaag heel anders uit dan in 1978. Maar het land wordt in de eerste plaats geregeerd in het belang van de gewone mensen. De belangrijkste regeringspartij is een communistische partij, die het marxisme uiterst serieus neemt. China heeft marktmechanismen ingevoerd, niet om terug te keren naar het kapitalisme, maar om de productiviteit te verhogen, de achterstand in wetenschap en technologie goed te maken, investeringen aan te trekken, de levensstandaard te verbeteren en uiteindelijk de voorwaarden te scheppen voor een geavanceerdere vorm van socialisme.

En er mag gezegd worden dat deze strategie zeer succesvol is geweest. China is een economische grootmacht en de mensen leven er veel beter dan vroeger. China’s gemiddelde levensverwachting is nu hoger dan die van de Verenigde Staten. Extreme armoede is er uitgebannen. Iedereen is geletterd. Iedereen heeft toegang tot voedsel, onderdak, schoon water, moderne energie, onderwijs, gezondheidszorg en sociale zekerheid. Het boek confronteert linksen die het socialistische karakter van China ontkennen met de volgende vraag: als we socialisten zijn, als we het socialisme voorstaan als een betere weg voor de mensheid, waarom zouden we dan in hemelsnaam de successen van China willen toeschrijven aan het kapitalisme? Mijn mening is dat westers links veel kan leren van China en veel inspiratie uit het Chinese project kan halen. Het land bouwt niet alleen aan het socialisme, maar heeft ook een wereldvisie waarvan de kernbegrippen zijn: vrede en gemeenschappelijke welvaart. Zo’n visie verdient onze steun. Degenen die staan voor socialisme en vrede moeten solidair zijn met China en de imperialistische agressie tegen China afwijzen.


[1] Het thema van het 14e Wereldforum over Socialisme dat in september 2024 in Beijing werd gehouden was ‘De huidige veranderingen in de wereld en in onze tijd’. De deelnemers gingen na hoe de zaak van het socialisme in de hele wereld kan worden bevorderd. Er waren meer dan 200 afgevaardigden, afkomstig uit China, Australië, Bangladesh, Brazilië, Groot-Brittannië, Kameroen, Cuba, Cyprus, Denemarken, Finland, Duitsland, Ghana, Griekenland, Hongarije, Irak, Italië, Japan, Laos, Libanon, Nepal, Rusland, Spanje, Zwitserland, Syrië, Uruguay, Vietnam en Zambia. Tot de belangrijkste sprekers behoorden Zhen Zhanmin (vicevoorzitter van Chinese Academie van Sociale Wetenschappen, CASS), Cheng Enfu (voormalig voorzitter van de Academie voor Marxisme) en Zhang Weiwei (decaan van het China Instituut aan de Fudan Universiteit). Een verslag van het forum is te vinden op China Daily.

[2] (Noot van CS) Wie in België of Nederland een boekhandel bezoekt zal tegenwoordig zelden een boek over de actualiteit in China vinden waarin geen uiterst vijandig beeld van Xi Jinping of van de Volksrepubliek wordt opgehangen. Het is alweer enkele jaren geleden dat een uitgeverij het heeft ‘aangedurfd’ om een positief boek over China in het Nederlands te laten vertalen of uit te geven.

Carlos Martinez is een links publicist. Hij is de auteur van The East is still Red.
Het bovenstaande stuk verscheen bij Friends of Socialist China

Wie in dit onderwerp geïnteresseerd is verwijzen wij graag naar de volgende eerdere artikelen:
China als vernieuwer van het socialisme
Gefeliciteerd, China houdt het (socialisme) al langer vol dan de Sovjet-Unie!

en de recensie van het boek ‘Socialisme met Chinese karakteristieken: Een gids voor niet-Chinezen’ (nu GRATIS downloadbaar)