De handelsbalans van de EU was in 2009 op peanuts na in evenwicht. Een tekort met China wordt opgevangen door overschotten met andere landen. Waar is het probleem ? China vraagt tijd om zijn munt langzaam te laten stijgen, zonder dat de uitvoer en dus de Chinese tewerkstelling daaronder lijdt; tegelijk doet het inspanningen zijn handelsoverschot terug te drijven door meer in te voeren, tot en met Wase peren. In ieders voordeel, want ook de EU heeft meer baat bij een verhoogde uitvoer naar China dan bij een verminderende invoer. Waarom hen geen krediet geven?
De Amerikaanse hegemonie probeert zijn belangrijkste potentiële bedreiging, China, in te perken. De eis tot snelle herwaardering van de yuan moet gezien worden in die politiek van ‘containment’. Een plotse opwaardering van de Chinese munt zou voor de Amerikanen immers helemaal geen soelaas brengen, daar zijn de economen het over eens: de VS zou minder invoeren uit China maar meer uit andere landen, en zelf minder kunnen uitvoeren naar een China met een stilvallende groei. En wat doet de EU in dit verhaal? Die volgt blijkbaar nog altijd het ‘plan B’ waartoe Jonathan Holslag op 1/10 in de Tijd opriep: de goede relaties met de VS gaan voor op die met het opkomende Azië, en zeker met China. Amerika wil opwaardering, dus eist Europa opwaardering. Amerika wil geen opheffing van het 21 jaar oude wapenembargo tegen China, dus doet de EU dat niet, ondanks eerdere beloften.
Alleen Angela Merkel probeerde wat tegengas te geven. Ze sprak niet over de wisselkoers maar beloofde premier Wen in een onderonsje in Berlijn dat Duitsland ‘iets zou doen’ om China het meer voordelige statuut van markteconomie te geven in de Wereldhandelsorganisatie … tegen 2016 (in 2017 krijgt China automatisch een beter statuut). De actie van Merkel is begrijpelijk, de onverwacht snelle heropleving van Duitsland hangt samen met de goede uitvoercijfers van Duitse machines naar China.
Louter statistisch klopt de EU-oriëntatie op de VS: weliswaar heeft China de VS bijna ingehaald als invoerder in de EU, maar de EU-uitvoer naar de VS is nog drie keer groter dan die naar China. De Chinese investeringen in de EU en de EU-investeringen in China zijn nog verwaarloosbaar tegenover de wederzijdse Europees-Amerikaanse investeringen. Maar is de EU daarom echt verplicht de grote broer te volgen in hun hegemonistische politiek ? En verder, de tijden en zelfs de statistieken veranderen snel: Volvo, Griekenland en Opel Antwerpen zijn maar enkele van de tekens aan de wand.
De EU-China top legt gelukkig niet alleen tegenstellingen bloot. Op het vlak van technologische samenwerking en bescherming van intellectuele eigendom is er wel vooruitgang. China doet enorme inspanningen voor technologische research en ziet hier meer mogelijkheden voor samenwerken met de EU dan met de VS. Typisch was de uitspraak van de baas van Hainan Airlines op de ontmoeting met Europese zakenlieden: volgens hem begint de VS technologisch achter te lopen. Met België zijn op de top twee technologieakkoorden ondertekend: het Molse Myrrhaproject voor een nieuwsoortige kernreactor kan voortaan rekenen op Chinese kennis en misschien later zelfs geld, terwijl het Chinese CNNC ondersteuning beloofd werd voor de bouw van een pilootinstallatie voor de fabricage van MOX-brandstof.