Het Japanse persbureau Kyodo meldde gisteren dat anonieme Chinese marineofficieren zouden hebben toegegeven dat ze een aanvalsradar op een schip van de Japanse zeemacht hadden gericht. Vandaag verwerpen de bevoegde Chinese autoriteiten deze bewering met klem.
In februari verklaarde het Japanse ministerie van Defensie dat een Chinees fregat zijn radar had geopend op een Japanse destroyer. Met andere woorden, een Chinees marineschip had zich klaargemaakt voor een mogelijke aanval op een Japanse tegenstander. Het onverantwoorde, want risicovolle, openen van de radar zou volgens Tokio al in januari een keer zijn gebeurd en met een helikopter als mikpunt. Volgens de Chinese marine en het ministerie van Defensie zijn noch de beweringen van de feiten zelf, noch die van de onthulling door Chinese officieren ergens op gebaseerd. Beijing noemde het artikel van maandag waarin stond dat anonieme Chinese mariniers hadden gesproken over ‘een noodgeval’, een mediahype om de internationale gemeenschap te misleiden. Een groot aantal buitenlandse media gaf immers het bericht van het Japanse persbureau weer als een soort Chinese bekentenis. De woordenstrijd tussen Japan en China is een aspect van hun conflict over de eilanden in de Oost-Chinese Zee die geclaimd worden door China en Taiwan enerzijds en Japan anderzijds. Volgens de Chinese media provoceert Tokio voortdurend om redenen van binnenlandse politiek: de aandacht afleiden van economische problemen, het budget voor defensie een boost geven. Japan zou ook steun zoeken bij de VS en andere landen. China en Japan geven regelmatig aan dat een vreedzame oplossing absoluut nodig is voor hun beider economische belangen, maar toch blijft de strijd om de eilanden voortgaan en af en toe opflakkeren.
Bronnen: BBC, SCMP, China Daily