Xi Jinping heeft een toespraak over kunst gehouden. Hij vindt dat kunstenaars uitstekend professioneel artistiek werk moeten combineren met een moreel hoogstaande inhoud. Ze hebben volgens hem een belangrijke maatschappelijke functie en kunnen een bijdrage leveren aan het socialisme. Xi waarschuwde voor een loutere commercialisering van de kunst. Zijn toespraak zal ongetwijfeld voor discussie zorgen.
Xi sprak voor een symposium van schrijvers, acteurs, scenaristen en dansers in Beijing. Ook Liu Yunshan was aanwezig. Liu is lid van het permanent comité van het politiek bureau van de CPC, en onder andere hoofd van de campagne voor de massalijn. Xi zei dat kunstenaars ‘zich niet helemaal in beslag moeten laten nemen door commercieel succes of mislukking in de markteconomie. Ze horen zich te blijven afvragen wie ze eigenlijk dienen, anders zal hun werk zijn levenskracht verliezen. … Kunstwerken horen niet de slaven van de markt te zijn en ze horen niet naar geld te stinken’.
De kwaliteit van moraliteit
De Chinese president ziet veel goede hedendaagse kunst, vooral sinds de start van de hervormingen en van de opendeurpolitiek, maar waarschuwde ook voor plagiaat en gebrek aan originaliteit. Xi ziet dat kwantiteit het te vaak wint van kwaliteit bij de productie en consumptie van kunst en keurt ook vulgariteit, puur zintuiglijk amusement en hebzucht in de kunstwereld af. Hij roept op om meer werk te maken ‘dat body heeft en warmte uitstraalt, werk dat over deugd en ondeugd gaat en dat het publiek tot denken aanzet’. ‘Wees vernieuwend en laat het maatschappelijk nut op de eerste plaats komen. Echte meesterwerken hebben een intellectuele diepgang en zijn uitstekend en met grote vaardigheid gemaakt’ is Xi’s oordeel. Hij deed ook een oproep om moderne Chinese waarden te verspreiden, maar ook Chinese traditionele cultuur op te nemen en in te spelen op de behoefte aan schoonheid van het Chinese volk. ‘Er moet daarbij ruimte zijn voor academische en artistieke democratie waarin groepen met uiteenlopende meningen elkaar in discussies ontmoeten’.
Kunst en socialisme
Xi wees vervolgens op de taak van de CPC om het volk en het socialisme te dienen, daar hoort voor hem ook het promoten van een socialistische cultuur bij. Dat wil voor Xi zeggen: een cultuur waarin de gewone burgers ‘de kunstkenners en -critici’ zijn, en de voornaamste onderwerpen van verhalen en beelden. ‘Laat de artistieke schepping maar op de vleugels van de verbeelding gaan, maar kom ook terug met de voeten op de grond’. De president waagde zich ook aan adviezen dat kunstenaars het publiek ‘op een indirecte maar indringende’ manier moeten laten zien wat prijzenswaardig en wat verwerpelijk is zodat ze een moreel hoogstaand leven leiden. Het is volgens hem ook zeer belangrijk dat ze vaderlandslievende thema’s opnemen, de waarheid over de geschiedenis vertellen en de mensen trots laten zijn op China en op zijn traditionele cultuur. Xi noemde die cultuur een grote inspiratiebron voor de socialistische kernwaarden en iets waarmee China in de wereld kan wedijveren met andere culturen. Hij voegde er wel aan toe dat het goed is als kunstenaars leren van het beste wat er in de rest van de wereld op kunstgebied te vinden is en als ze een brug proberen te bouwen tussen Chinese en westerse kunst. De partijfunctionarissen kregen van hem de opdracht mee om het kunstbeleid van de partij in praktijk te brengen en om op een correcte manier ‘met de kunstenaars te werken’.
De toespraak van Xi Jinping zal ongetwijfeld voor discussie zorgen, ook in het buitenland. De uitspraken van de Chinese president, bijvoorbeeld die over de ‘Chinese droom’, worden soms op verschillende manieren geïnterpreteerd. Om dat debat behoorlijk te kunnen volgen, zijn we begonnen met zo correct mogelijk weer te geven wat officiële Chinese bronnen zelf zeggen.
Bron: Xinhua
voor een eerste reeks reacties en opiniestukken uit Chinese bron lees
http://www.chinadaily.com.cn/opinion/2014-10/16/content_18745967.htm
